WERKING EN GEBRUIK
Bij het inschakelen voert de Clipper Dieptemeter eerst een aantal automatische zelf-test procedures uit. Kort daarna
wordt de achtergrond verlichting ingeschakeld op een door de fabrikant ingesteld niveau. Vervolgens verschijnt
gedurende ongeveer één seconde het symbool met de ingestelde kiel diepte (welke door de fabrikant op nul is
ingesteld, zoals afgebeeld in Figuur 2)
Onder normale omstandigheden zal op het display vrijwel direct het woord DEPTH worden afgebeeld inclusief de
diepte beneden de transducer, zoals afgebeeld in Figuur 3. Indien echter de transducer niet is aangesloten of om
welke andere reden dan ook geen echo's worden ontvangen dan verschijnt het woord DEPTH niet op het display en
zal het apparaat na een wacht pauze van vijf seconden "out" aangeven. Controleer in dat geval of de transducer
goed is aangesloten en de installatie hiervan correct is uitgevoerd.
Tijdens normaal bedrijf van het apparaat, zoals afgebeeld in Figuur 3, zal het woord DEPTH worden getoond en de
diepte in voeten of meters beneden de transducer. Het display wordt ongeveer twee maal per seconde vernieuwd
om variaties ten gevolge van luchtbellen, turbulentie of lawaai van een buitenboord motor te onderdrukken.
Dergelijke interferentie bronnen kunnen van invloed zijn op de stabiliteit van de aanwijzing op het display.
De indicaties voor het diepte verloop (rechts van indicatie van ingestelde achtergrond verlichting, zie Figuur 3)
worden gebruikt als hulpmiddel bij de interpretatie van het bodem profiel tijdens de vaart óf om het effect van getij
en golven aan te geven. Het diepte verloop op het display wordt afgeleid van gemiddelde diepte metingen. Zodra de
diepte meting constant blijft (bij constante diepte) zal uitsluitend de midden streep zichtbaar zijn, zoals in Figuur 3.
Bij toenemende diepte zal in plaats hiervan een pijl naar rechts verschijnen. Bij afnemende diepte (het wordt dan
minder diep) zal uitsluitend de pijl naar links verschijnen.
-5-