26
www.aeg.com
12.10 Voorzorgsmaatregelen
bij vorst
Als het apparaat is geïnstalleerd in een
gebied waar de temperatuur lager is dan
0° C, dan dient u het resterende water uit
de afvoerslang en de afvoerpomp te
verwijderen.
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Draai de waterkraan dicht.
3. Plaats de twee uiteinden van de
toevoerslang in een bak en laat het
water uit de slang stromen.
4. Leeg de afvoerpomp. Raadpleeg de
noodafvoerprocedure.
13. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
13.1 Introductie
Het apparaat start niet of stopt niet
tijdens de werking.
Probeer eerst het probleem zelf op te
lossen (zie tabel). Neem indien dit niet
lukt contact op met de Servicedienst.
Bij sommige problemen werken de
geluidssignalen en toont de display
een alarmcode:
•
- Het apparaat wordt niet goed
gevuld met water.
•
- Het apparaat pompt geen
water weg.
13.2 Mogelijke storingen
Probleem
Het programma start
niet.
5. Als de afvoerpomp leeg is, installeert
•
•
•
•
Mogelijke oplossing
Zorg dat de stekker in het stopcontact zit.
Zorg dat de deur van het apparaat is gesloten.
Zorg dat er geen zekering in de zekeringenkast is doorge-
brand.
Zorg ervoor dat de toets Start/Pause is ingedrukt.
u de toevoerslang opnieuw.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de
temperatuur hoger is dan 0
°C voordat u het apparaat
opnieuw gebruikt.
De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor
schade die door lage
temperaturen is veroorzaakt.
- De deur is open of niet goed
gesloten. Controleer de deur!
- De stroomtoevoer is onstabiel.
Wacht tot de stroomtoevoer stabiel is.
- Geen communicatie tussen de
elektronische elementen van het
apparaat. Schakel uit en terug aan.
- Het beschermingssysteem
tegen waterlekkage is in werking
getreden. Koppel het apparaat los en
draai de waterkraan dicht. Neem
contact op met de klantenservice.
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit
voordat u controles uitvoert.