Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Installatie; Elektrische Aansluiting - OERTLI Oetrosol A Installatiehandleiding

Zonneregeling
Inhoudsopgave

Advertenties

- Het apparaat moet beslist binnen op een droge plaats
worden geïnstalleerd.
- Het apparaat niet blootstellen aan een magnetisch veld.
- De regeling moet kunnen worden geïsoleerd van het
lichtnet via een stroomonderbreker met een opening
van minstens 3 mm op alle polen of een
stroomonderbreker
installatienormen.
- Let op dat de voedingskabel en de kabels van de
sensoren afzonderlijk van elkaar worden geïnstalleerd.

1 Elektrische aansluiting

De regeling moet gevoed worden door middel van een externe
schakelaar (laatste stap!) bij een spanning van 210 ... 250 volt (50 ...
60 Hz). De kabels moeten worden vastgezet in de kabelklemmen van
de kast met de daarvoor bestemde schroeven.
De regelaar is voorzien van een relais waarop de componenten zijn
aangesloten.
Relais - Electronische pomp
18 = Kabel R1
17 = Nulleider N
13 = Klem voor de aarding
De temperatuurvoelers (S1 t/m S3) moeten aangesloten worden op
de volgende klemmen (de polen zijn onderling verwisselbaar):
S1:
1/2
=
Voeler
van
Temperatuurvoeler zonnepaneel)
S2: 3/4 = Voeler van de warmteontvanger (bijvoorbeeld: Voeler
s.w.w.-reservoir)
S3: 5/6 = Optionele voeler met differentieel op S2 (bijvoorbeeld:
Voeler retourleiding verwarmingscircuit).
4
die
voldoet
aan
de
warmtebron
(bijvoorbeeld:

Installatie

Vooraan iedere demontage, moet de spanning van de kast
zijn gehaald.
1. Verwijder de kruiskopschroef van de klep en maak deze los van
de kast door hem naar beneden te trekken.
2. Teken het bevestigingspunt af op de steun en plaats de
meegeleverde plug en schroef zonder deze vast te zetten.
de
3. Haak de kast aan het bovenste bevestigingspunt. Teken het
onderste bevestigingspunt af op de steun (boormal 130 mm), zie
de achterkant van het voetstuk en plaats de onderste plug.
4. Houd de kast omhoog zet de onderste schroef vast.
1
Klep
2
LED
3
Klep
4
Alfanumeriek display LCD
5
Toetsen
6
Voetstuk
7
Kabelklemmen
8
Grondplaat
9
Klemmenstrook
Het lichtnet wordt aangesloten op de klemmen:
19 = Nulleider N
20 = Fase L
12 = Klem voor de aarding
Hoogspanningscomponenten.
Elektrostatische ontlading kan de elektronische componenten
beschadigen.
Oetrosol A
.
04/06/07 - 300013976-001-A

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave