Wi-Fi / Bluetooth – [LAN/Wi-Fi setup] Menu
[Instelling IP-adres (LAN)]
Stelt het IP-adres in wanneer verbinding gemaakt wordt via bedraad LAN.
U kunt selecteren om het IP-adres automatisch toe te wijzen met DHCP, of om
ongeacht welk statisch IP-adres in te stellen.
[DHCP-server]: Selecteer of de camera verbonden moet worden als de DHCP-server.
[DHCP-client]: Selecteer of de camera verbonden moet worden als de DHCP-client.
(Standaardinstelling)
[Statisch IP-adres]: Selecteer of tijdens het verbinden een IP gebruikt wordt die
ingesteld is in [Inst. statisch IP-adres].
[Inst. statisch IP-adres]: Stel het IP-adres in dat gebruikt moet worden in [Statisch
IP-adres].
[IP-adres]: De standaardinstelling is <192.168.0.2>.
[Subnet Mask]: De standaardinstelling is <255.255.255.0>.
[Standaard gateway]: De standaardinstelling is <192.168.0.1>.
Gebruik de correcte combinatie wanneer [IP-adres], [Subnet Mask] en [Standaard
gateway] ingesteld worden.
•
Raadpleeg de beheerder van het netwerk dat u gebruikt, voor gedetailleerde
informatie over de DHCP-instellingen en de instellingen van het statische IP-adres.
•
Nadat u de instellingen gewijzigd heeft in [Instelling IP-adres (LAN)], schakelt u de
camera uit en weer in.
[Wi-Fi-wachtwoord]
Wanneer verbinding met een smartphone gemaakt wordt, kunt u een password
gebruiken voor verbeterde veiligheid.
wachtwoordauthenticatie:
•
U kunt het password veranderen door [Toestelnaam/Wachtwoord] te gebruiken.
([Toestelnaam/Wachtwoord]:
[PC-verbinding]
U kunt de werkgroep instellen.
Om beelden naar een PC te zenden, moet verbinding gemaakt worden met dezelfde
werkgroep als de PC van bestemming.
(De standaardinstelling is "WORKGROUP".)
•
Druk om de werkgroepnaam te veranderen op
werkgroepnaam in.
•
Om naar de fabrieksinstellingen terug te keren drukt op [DISP.].
(Verbinding maken met gebruik van
657)
698)
697
of
en voer de nieuwe