4.
Breng de aardingskabel van de kabelboom aan
met de stervormige ring (nr. 6) en de zeskantige
moer (nr. 6); bevestig met de borgmoer (nr. 6)
zoals in
Figuur
22.
Figuur 22
1. Zeskantige moer (nr. 6)
2. Stervormige ring (nr. 6)
5.
Breng de schakelaar voor de gevarenverlichting
aan in de opening in het dashboard
Figuur 23
1. Schakelaar voor gevarenverlichting
g327603
3. Aardingskabel
4. Borgmoer (nr. 6)
(Figuur
23).
g327604
6.
Koppel de vrouwelijke aansluiting op de
kabelboom aan op de pinnen van de schakelaar
voor de gevarenverlichting
1. Vrouwelijke aansluiting
9
De accu aansluiten
Geen onderdelen vereist
Procedure
Koppel de minkabel aan; raadpleeg uw
Gebruikershandleiding.
10
De werking van
de remlichten en
richtingaanwijzers
controleren
Geen onderdelen vereist
De werking van de remlichten
controleren
Druk met uw voet het rempedaal in; de remlichten
moeten gaan branden.
13
(Figuur
24).
Figuur 24
2. Pinnen van schakelaar
voor gevarenverlichting
g035592