4.2.3
Sneeuw en ijs
In bepaalde geografische regio's of bij veel sneeuwval kan sneeuw zich
ophopen aan de achterzijde en op het dak van de warmtepomp.
Voorkom sneeuwophoping, om ijsvorming te voorkomen.
▶ Veeg de sneeuw voorzichtig van de lamellen.
▶ Maak het dak vrij van sneeuw.
▶ IJs kan met warm water worden afgespoeld.
Onder de warmtepomp kan door condenswater, dat niet in de con-
densbak wordt opgevangen, vocht worden gevormd. Dat is normaal en
er zijn geen speciale maatregelen nodig.
Wanneer de warmtepomp over geluidsisolatie beschikt, kan ijs worden
gevormd. Om dit geval bestaat valgevaar.
Afb. 8
De condensbak van de buitenunit
[1]
Condensbak
4.3
Specificaties koudemiddel
Dit toestel bevat gefluoreerde broeikasgassen als koudemiddel. De
unit is hermetisch gesloten. De volgende gegevens van het koudemiddel
voldoen aan de eisen van de EU-verordeningen nr. 517/2014 betreffen-
de gefluoreerde broeikasgassen.
Benaming van de
Type koudemiddel Aardopwarmings-
unit
5s
R410A
7s
R410A
9s
R410A
13t
R410A
17t
R410A
Tabel 31 Specificaties koudemiddel
EnviLine A/W IDU Monoblock E • 6721825523 (2022/01)
CO
-equivalent
2
vermogen (GWP)
voor de originele
vulhoeveelheid
[kgCO
eq]
[t]
2
2088
3,550
2088
3,654
2088
4,907
2088
6,890
2088
8,352
4.2.4
Reiniging van de condensbak
Als de bedieningsunit het alarm toont, dat de warmtepomp gereinigd
moet worden, moeten verontreinigingen en loof die de ontdooifunctie
nadelig beïnvloeden uit de condensbak verwijderd worden.
WAARSCHUWING
De aluminiumlamellen van de verdamper zijn dun en gevoelig.
De lamellen hebben scherpe randen. Snijgevaar bij onvoorzichtigheid.
▶ Draag veiligheidshandschoenen, als bescherming tegen snijwonden
aan de handen.
▶ Ga voorzichtig te werk om de lamellen niet te beschadigen.
Instructie voor de exploitant: wanneer uw installateur koudemiddel bij-
vult, vult hij de bijvulhoeveelheid en de totale hoeveelheid van het koude-
middel in de volgende tabel in.
Originele vulhoe-
veelheid
[kg]
1,700
1,750
2,350
3,300
4,000
Onderhoud | 4
1
Extra
Totale hoeveelheid
vulhoeveelheid
bij inbedrijfstel-
ling
[kg]
[kg]
21