Gebruik de telefoon niet in een omgeving die is blootgesteld aan brandbare en explosieve gassen,
om storing van de telefoon en brandgevaar te voorkomen.
Bewaar de telefoon niet in een omgeving die blootstaat aan hoge temperaturen, hoge vochtigheid
of stof, om storing te voorkomen.
Leg de telefoon niet op een onregelmatige of instabiele ondergrond om te voorkomen dat hij valt,
defect of beschadigd raakt.
Gebruik uitsluitend de oorspronkelijke of een door de fabrikant goedgekeurde antenne. Elke niet
toegestane of gewijzigde antenne, of uitgerust met extra accessoires, kan de telefoon
beschadigen. Raak de antenne tijdens een gesprek niet aan, anders kunt u de kwaliteit veranderen
en het vermogen van de telefoon verhogen in verhouding tot het vermogen dat wordt gebruikt
onder normale omstandigheden. Het gebruik van een niet toegestane antenne kan ook de in uw
land geldende richtlijnen overtreden.
2.2 Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de telefoon
De telefoon mag niet worden gedemonteerd of gewijzigd, dit kan het apparaat of zijn circuit
beschadigen en lekken veroorzaken.
Oefen geen druk uit op het LCD-scherm en gebruik het niet om ergens op te slaan, om de plaat
met vloeibare kristallen niet te beschadigen en lekken van kristallen te voorkomen. Spatten van
vloeibare kristallen in de ogen kan het zicht schaden. In dit geval moeten de ogen onmiddellijk
gespoeld worden met schoon water (zonder wrijven) en moet een arts worden geraadpleegd.
In bijzonder zeldzame gevallen kan het gebruik van de telefoon in sommige voertuigen storing van
de elektronische apparatuur veroorzaken. In dit geval mag u de telefoon niet gebruiken, anders
vervalt de veiligheidsgarantie.
Als uw auto is uitgerust met een airbag, mag u de telefoon niet op de airbag plaatsen of in de zone
waar deze zich zou kunnen openen. De telefoon kan dan onderworpen worden aan een zeer sterke
externe kracht en u ernstig verwonden als de airbag wordt ingeschakeld.
Druk niet op de toetsen met behulp van naalden, de punt van een pen of een ander puntig
voorwerp, anders kunt u de telefoon beschadigen en storing veroorzaken.
Als de antenne beschadigd is, mag u de telefoon niet gebruiken om u niet te verwonden.
Houd de telefoon verwijderd van magneetkaarten of magnetische voorwerpen; de straling die door
de telefoon wordt uitgezonden, kan de informatie verwijderen van diskettes of kaarten waarop
waardevolle informatie is opgeslagen en creditcards.
Houd de koptelefoon van de telefoon ver van spijkers, punaises en andere metalen voorwerpen.
Door de magnetische kracht tijdens het gebruik, kan de elektrische microfoon kleine metalen
voorwerpen aantrekken en u verwonden of de telefoon beschadigen.
Houd uw telefoon verwijderd van vocht, water en andere vloeistoffen om kortsluiting, lekken of
andere storing te voorkomen.
Gebruik uw telefoon niet in de buurt van vaste telefoons, televisies, radio en andere
kantoorapparatuur, dit kan storing veroorzaken.
2.3 Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de batterij
Demonteer of wijzig de batterij niet om vloeistoflekken, oververhitting, explosie of brand te
voorkomen.
Gooi de gebruikte batterij niet weg met het huishoudelijke afval. Gooi de batterij weg volgens de
geldende richtlijnen voor de verwerking van gebruikte batterijen.
3