Systeem- en installatiewachtwoord
Tabel 33. Systeem- en installatiewachtwoord
Type wachtwoord
System password
Installatiewachtwoord
U kunt ter beveiliging van uw computer een wachtwoord voor het systeem en de installatie aanmaken.
WAARSCHUWING:
De wachtwoordfunctie zorgt voor een basisbeveiliging van de data in uw computer.
WAARSCHUWING:
Iedereen heeft toegang tot de data die op uw computer staan als deze onbeheerd en niet
vergrendeld wordt achtergelaten.
OPMERKING:
De functie voor het systeem- en installatiewachtwoord is uitgeschakeld.
Een systeeminstallatiewachtwoord toewijzen
U kunt alleen een nieuw systeem- of beheerderswachtwoord instellen wanneer de status op Not Set staat.
Druk na het aanzetten of opnieuw opstarten van de computer onmiddellijk op F12 om naar de systeeminstallatie te gaan.
1. Selecteer in het scherm System BIOS of System Setup de optie Security en druk op Enter.
Het scherm Security wordt geopend.
2. Selecteer System/Admin Password en maak een wachtwoord aan in het veld Enter the new password.
Hanteer de volgende richtlijnen om het systeemwachtwoord toe te kennen:
● Een wachtwoord mag bestaan uit maximaal 32 tekens.
● Ten minste één speciaal teken: ! " # $ % & ' ( ) * + , - . / : ; < = > ? @ [ \ ] ^ _ ` { | }
● Cijfer 0 t/m 9.
● Hoofdletters van A tot Z.
● Kleine letters van a tot z.
3. Typ het wachtwoord dat u eerder hebt ingevoerd in het veld Bevestig nieuw wachtwoord en klik op OK.
4. Druk op Esc en sla de wijzigingen op zoals gevraagd in het pop-upbericht.
5. Druk op J om de wijzigingen op te slaan.
De computer start opnieuw op.
Een bestaand systeeminstallatiewachtwoord verwijderen of wijzigen
Zorg ervoor dat Password Status in de systeeminstallatie ontgrendeld is voordat het wachtwoord voor het systeem en/of de installatie
verwijderd of gewijzigd wordt. U kunt geen van beide wachtwoorden verwijderen of wijzigen als Password Status vergrendeld is.
Druk na het aanzetten of opnieuw opstarten van de computer onmiddellijk op F12 om naar de systeeminstallatie te gaan.
1. Selecteer System Security in het scherm System BIOS, of System Setup en druk op Enter.
Het scherm System Security wordt geopend.
2. Controleer in het scherm System Security (Systeembeveiliging) of Password Status (Wachtwoordstatus) op Unlocked
(Ontgrendeld) staat.
3. Selecteer System Password, wijzig of verwijder het bestaande systeemwachtwoord en druk op Enter of Tab.
4. Selecteer Setup Password, wijzig of verwijder het bestaande installatiewachtwoord en druk op Enter of Tab.
OPMERKING:
Als u het systeem- en/of beheerderswachtwoord wijzigt, voert u het nieuwe wachtwoord opnieuw in wanneer dit
wordt gevraagd. Als u het systeem- en/of installatiewachtwoord verwijdert, moet u de verwijdering bevestigen wanneer u hierom
wordt gevraagd.
Omschrijving
Wachtwoord dat moet worden ingevoerd om in uw systeem in te
loggen.
Wachtwoord dat moet worden ingevoerd voor toegang en het
aanbrengen van wijzigingen aan de BIOS-instellingen van uw
computer.
BIOS-instellingen
29