Inhoudsopgave
Advertenties
Functiegroepen
Seriële interface
Voor het gebruik van de C-Control I computer is een ontwikkelingsomgeving nodig op een
PC, die ook de benodigde opslagruimte bevat om de gecompileerde BASIC –code op de
C-Control M-unit op te slaan. De datatransfer vindt plaats via de seriële interface. Voor het
aanpassen aan de verschillende niveaus van C-Control en PC is daartoe een niveau -
omvormer noodzakelijk. Het Application –board bevat alle benodigde schakelingen en kan
direct met de meegeleverde interfacekabel met uw PC worden verbonden.
Steek de bij de levering inbegrepen nulmodemkabel in een vrije seriële interface van uw
computer. Vele computers beschikken over een 9–polige en een 25-polige seriële interface.
Als er op uw computer alleen nog maar een 25-polige interface vrij is, heeft u een extra
adapter nodig.
Let op:
Zorg er voor dat bij gebruik van een nulmodemkabel de jumpergroep JP2 op positie 2-
3 geplaatst is.
Het Application- board biedt de mogelijkheid de RX/TX pinnen van het RS232 interface te
veranderen om eventueel andere interfacekabels (1:1) aan te sluiten.
Let op:
Zorg er voor dat bij gebruik van een 1:1- kabel de jumpergroep JP2 op positie 1-2
geplaatst is.
Met LED3 (rechts naast het LCD) geeft de ingebouwde interface –adapter alsook het zend-
en ontvangstwerking aan.
Seriële ringleiding
Het Application- board stelt een 6-polige klemmenstrip ter beschikking waarmee meerdere
Application- boards in een ringleiding verbonden kunnen worden. Daarbij geeft elk board de
gegevens (ontvangen op de RX –ingang) die niet voor het station zelf bedoeld zijn, via de TX
–uitgang door aan de RX –ingang van het volgende board.
Het laatste board, of als er slechts één board actief is, is met zijn TX –uitgang weer
aangesloten op de RX –ingang van de besturende computer, aan het begin van de keten.
Hiertoe moet de jumper JP1 op positie LAST/SINGLE geplaatst zijn. Bij alle andere boards
moet de jumper op positie NEXT geplaatst zijn. Let hierbij ook op de opdruk van het
Application- board.
Deze bedrading is gegarandeerd, als steeds bij het eerste board in de keten RXA/TXA is
verbonden met de stuurcomputer (of anders met het vorige board in de keten) en RXB/TXB
met het volgende board in de keten.
Voorbeeldprogramma's voor de gekoppelde data –uitwisseling vindt u op Internet onder
http://www.c-control-support.de
Stroomvoorziening
Op het Application- board bevindt zich een spanningsregelaar die de C-Control M-unit van
de benodigde werkspanning van 5V voorziet, daarom kan de ingangsspanning voor het
Application- board tussen 9 en 15V DC liggen.
Het Application- board biedt twee aansluitmogelijkheden die beide beschermd zijn tegen
verkeerde polariteit.
6
Advertenties
Inhoudsopgave
