7.
Zoek de geheugenmodules op de systeemkaart.
8.
Verwijder een geheugenmodule door de twee vergrendelingen (1) aan de uiteinden van de
geheugenmodule naar buiten te drukken en de geheugenmodule (2) uit het slot te trekken.
9.
Schuif de nieuwe geheugenmodule onder een hoek van ongeveer 30° in het slot (1) en druk de
geheugenmodule omlaag (2) zodat de vergrendelingen hem op zijn plaats zetten.
OPMERKING:
Een geheugenmodule kan slechts in één stand worden geïnstalleerd. Zorg dat de
uitsparing op de module aansluit op het lipje van het geheugenmoduleslot.
Systeemgeheugen upgraden
19