Circulatie-unit
De circulatie-unit wordt gebruiksklaar afgeleverd. Alle regelapparatuur is gemonteerd en gecontroleerd
in de fabriek. Het toestel dient ter plaatse op het elektrische net worden aangesloten.
De schoepen van het uitblaasrooster kunnen zowel horizontaal als verticaal worden versteld.
Hierdoor is het mogelijk de worplengte en -richting naar behoefte aan te passen.
De circulatie-unit voldoet aan machine richtlijn 89/392/EEG, de laagspanningsrichtlijn 73/23/EEG en de
EMC-richtlijn 89/336/EEG.
Figuur 1. Aanzicht bedieningsapparatuur circulatie-unit
Technische informatie:
Ingestelde ventilator-
spanning [Volt]
Luchthoeveelheid
3
[m
/h]
Opgenomen elektrisch
vermogen [kW]
Worplengte [m]
Voedingsspanning
Beschermingsgraad
Gewicht [kg]
Hoogte [mm]
Breedte [mm]
Diepte [mm]
De circulatie-unit is zodanig uitgevoerd dat deze automatisch werkt via de ingebouwde thermostaat.
De thermostaat is ingesteld op stand 3 (ca. 25
stellen dan de gewenste ruimtetemperatuur. Indien men een 3 standen schakelaar aansluit (niet
meegeleverd) op K5/K6 en K7, heeft men de mogelijkheid om op afstand:
a. Circulatie-unit uit te schakelen
b. Automatische ventileren via ingebouwde thermostaat in te schakelen
c. Continu ventileren in te schakelen.
De 3 aderig aansluitkabel voor de 3 standen schakelaar d.m.v. een trekontlasting doorvoeren. De
circulatie-unit kan ook worden aangesloten op de Brink-schakelkast.
220
210
200
5200
5200
5100
5000
0,32
0,31
0,30
0,30
29
29
28
1 = Regeltransformator
2 = Systeemventilator
3 = Beschermkorf
4 = Elektrische aansluitingen
5 = Transformator 24 volt
6 = Relais
7 = Thermostaat
8 = Uitblaasrooster
190
180
170
160
4900
4700
4500
0,29
0,28
0,27
28
27
26
24
230 V ~/ 50 Hz
IP 20
33
450
600
600
o
C). Geadviseerd wordt deze thermostaat 3
150
140
130
120
4400
4200
3900
3600
0,25
0,24
0,22
0,20
24
23
21
o
C hoger in te
3125
110
3400
0,18
19
17