3.6.3 Wijzigen Schakelaar middel
Op het moment dat de gebruikersschakelaar wordt gebruikt,
vindt een verandering van richting plaats, vooropgesteld
dat de parameter 'Dubbelklik' op 0 is ingesteld. Als de
gebruikersschakelaar wordt losgelaten en een voorwaarts/
achterwaarts commando wordt ingevoerd, rijdt de rolstoel in
de nieuwe richting.
Als de gebruikersschakelaar niet wordt losgelaten en wordt
vastgehouden gedurende de tijdspanne die is bepaald
door de programmeerbare parameter, schakelaar middel,
wordt dit geïnterpreteerd als een gewone handeling met
gebruikersschakelaar. In dat geval wordt het gebruikersmenu
in gegaan. Dan vindt er geen wijziging van richting plaats.
Net als bij de twee andere methodes gaat de OMNI2
naar slaapstand wanneer de gebruikersschakelaar langer
wordt vastgehouden dan de tijd die is bepaald door de
programmeerbare parameter 'Schakelen lang'.
3.6.4 Bediening verstellingenfuncties
Standaard gaat de bediening van de verstellingenfuncties via
de commando's voorwaarts en achterwaarts; en de linker en
rechter commando's kan men de verschillende stoelassen
selecteren om te bewegen. De richting van de beweging wordt
op dezelfde wijze geselecteerd als die voor het wijzigen van de
rijrichting.
Vaak is het nodig om bij gebruik van hoofdbesturing de Omni
te herprogrammeren om de zitfuncties op een andere manier
te bedienen. Uiteraard is dit mogelijk bij de OMNI2.
Overleg hierover met uw medische zorgverlener of dealer.
3.6.5 Bijbehorende programmering
Er zijn diverse standaard R-net programmeringskenmerken
die nuttig kunnen zijn wanneer dit type SID wordt gebruikt.
Hiertoe behoren joystick uitslag, joystick oriëntatie en joystick
neutrale zone.
Overleg hierover met uw medische zorgverlener of dealer.
Voor 'latched' functioneren met gebruik van dit type SID vindt
u meer informatie in de paragraaf 'Latched functioneren'.
Het is mogelijk om de OMNI2 zo in te stellen dat de navigeren
door de functies hoorbaar is. Dit is praktisch omdat de
gebruiker het scherm van de OMNI2 misschien niet altijd goed
kan zien. Meer informatie hierover vindt u in het hoofdstuk
'Geluidssignalen bij gebruik Omni' in het hoofdstuk het
hoofdstuk voor gevorderden van deze handleiding.
14
3.7 Gebruik van Blaas-zuig bediening (Fig. 3.3)
Fig. 3.3
OPDRACHT DRINKEN &
ADEMHALING
Hard blazen
Hard zuigen
Zacht zuigen
Zacht blazen
Rijden wordt aangestuurd via een buisje dat is verbonden
met de door lucht aangedreven invoer van de OMNI2. De
gebruikersschakelaar wordt gebruikt om het gebruikersmenu
in te gaan.
Voor zowel dit type SID is er behalve de standaard
gebruikersschakelaar, ook de optie van een door lucht
aangedreven gebruikersschakelaar.
Neem hierover contact op met uw dealer.
Er zijn vier zuig en blaas commando's; elk commando is
gerelateerd aan een rijrichting. In de tabel (Fig. 3.3) wordt de
relatie getoond.
Aanvullend kan de OMNI2 zodanig worden geprogrammeerd
dat twee door lucht aangedreven commando's die binnen een
bepaalde tijd worden gegeven, worden geïnterpreteerd als
een kort gebruik van de gebruikersschakelaar in standby. De
tijdspanne wordt bepaald door de parameter 'Dubbelklik tijd'.
Overleg hierover met uw medische zorgverlener of dealer.
De standaard R-net parameter 'Joystick oriëntatie' kan ook
nuttig zijn wanneer dit type SID wordt gebruikt. Overleg
hierover met uw medische zorgverlener of dealer.
Standaard vindt de bediening van zitfuncties plaats via een
harde 'blaas' of 'zuig'. Via een zachte 'blaas' of 'zuig' worden de
verschillende zitassen voor beweging geselecteerd.
Indien gewenst is het mogelijk de OMNI2 te herprogrammeren
om de zitfuncties op andere wijze te bedienen.
Overleg hierover met uw medische zorgverlener of dealer.
Meer informatie over 'latched' gebruik wanneer dit type SID
wordt gebruikt, vindt u in het hoofdstuk 'Latched gebruik'.
RICHTING
Voorwaarts
Achteruit
Links
Rechts
OMNI2
Rev.B