8. DE MULTI-SPORT GEBRUIKEN
Voordat u de Multi-Sport op een locatie gebruikt, dient u de volgende zaken te controleren:
1.
Zijn er losse voorwerpen in het veld? Verwijder eerst deze voorwerpen.
2.
Zijn er hellingen? De maximale helling is 20 graden voor de Multi-
Sport.
3.
Ga altijd van boven naar beneden.
Bestaat er gevaar voor rondvliegende voorwerpen (b.v. golfballen) die de
aandacht van de bestuurder afleiden? Zo ja, dan kan de Multi-Sport NIET worden
gebruikt.
4.
Bestaat er gevaar voor wegzakken/wegglijden? Zo ja, stel de
verwerking uit tot de omstandigheden verbeteren.
5.
Een akker kan verschillende malen in dezelfde of in verschillende
richtingen worden bewerkt, om een betere verwerking te verkrijgen.
6.
Maak geen scherpe bochten en rijd bij voorkeur in rechte lijnen; anders
zou u de machine en de ondergrond kunnen beschadigen
7.
Stel de machine niet in op een te agressieve stand; dit kan leiden tot
ongewenste beschadiging van de ondergrond en extra slijtage van de
tanden.
9. START/STOP PROCEDURE
De startprocedure is ZEER belangrijk. Indien deze procedure niet wordt uitgevoerd zoals hieronder
beschreven, kan ernstige schade aan de ondergrond het gevolg zijn.
De startprocedure is als volgt:
1.
Controleer de Multi-Sport op losse onderdelen en kijk of alle onderdelen naar behoren
functioneren.
Indien losse onderdelen worden waargenomen of onderdelen niet naar behoren
functioneren, dienen de problemen te worden opgelost voordat de Multi-Sport in
gebruik wordt genomen!
2.
Rijd naar de plaats waar de bewerking moet plaatsvinden.
3.
Draai de bovenste stang (3) zo dat de machine loodrecht op de ondergrond staat (zie Figuur
8).
4.
Stel de slagkracht van de machine statisch in zoals beschreven in hoofdstuk 5.0.
Zorg ervoor dat de tractor goed geblokkeerd is en niet uit zichzelf kan bewegen!
Schakel de tractor uit voordat u uitstapt!
5.
Laat de machine zakken totdat de machine op ca. 50 mm boven de grond zweeft.
6.
Zet de tractor in de juiste versnelling.
7.
Zet de tractor in voorwaartse beweging en laat de Multi-Sport met een soepele beweging op de
vooraf afgestelde lagerrollen zakken.
8.
Verhoog de rijsnelheid tot maximaal 12 km/u (7,5 mph)
Het stoppen gebeurt als volgt:
1.
Terwijl u rijdt, tilt u de machine met een soepele beweging.
2.
Rijd naar de volgende locatie en start de operatie zoals hierboven beschreven.
14