GEBRUIK VAN DE MOTOR
Vermijd lichamelijke verwondingen:
Lees alle veiligheidsinstructies en raak
bekend
waarschuwingsplaatjes. Laat de motor
niet draaien in een gesloten ruimte.
Start de motor nooit terwijl u buiten de
cabine staat. Ga goed zitten op de
bestuurdersstoel bij het starten van de
motor.
BELANGRIJK:
Gebruik nooit chemicaliën zoals Aerostart of ether
voor het helpen bij het starten van de motor.
Gebruik de startmotor nooit langer dan 30
seconden per keer.
Als de motor niet start in die periode van 30
seconden, wacht dan ongeveer 2 minuten voordat
u het opnieuw probeert.
De machine is uitgerust met een startbeveiliging,
de motor zal alleen starten als de parkeerrem
ingeschakeld en de motorhydrauliek uitgeschakeld
zijn.
Starten van de motor:
1. Zorg ervoor dat de parkeerrem ingeschakeld is
(functie voor startbeveiliging)
2. Zorg
ervoor
dat
uitgeschakeld (functie voor startpreventie)
3. Zorg er ook voor dat alle andere functies en
besturingen uitgeschakeld zijn of in de neutrale
stand staan
4. Trek handgas klein stukje uit.
5. Draai de contactsleutel om en zorg ervoor dat
al de volgende signaallampjes aan zijn:
-
Waarschuwingslampje voor oliedruk
-
Waarschuwingslampje voor laadstroom
-
Signaallampje voor parkeerrem
-
Signaallampje voor gloeien (automatisch
gloeien)
P
- Niet in gebruik
O
- Contact schakelaar UIT
I
- Contact schakelaar AAN
+ automatisch gloeien
II
- Niet in gebruik
III
- Starten (START)
met
alle
de
motorhydrauliek
6. De machine is uitgerust met een automatische
voorgloeisysteem zoals bij personenauto's.
Gloeien zal automatisch ingeschakeld worden
wanneer de contactsleutel omgedraaid is. Het
signaallampje voor gloeien op het dashboard
licht op en gaat uit wanneer de motor gestart
kan
worden.
contactsleutel naar de START-stand te draaien.
De buitentemperatuur is van invloed op de
gloeiperiode.
7. Laat de contactsleutel onmiddellijk los nadat de
motor gestart is en stel het toerental van de
motor af iets hoger dan stationair.
8. Zorg ervoor dat het waarschuwingslampje voor
motoroliedruk en het waarschuwingslampje
voor
opladen
waarschuwingslampje knippert, stop de motor
dan meteen en spoor het defect op.
STARTEN VAN DE MOTOR IN ZEER KOUD
WEER
In zeer koud weer wordt het aanbevolen om de
motor meer dan normaal te laten gloeien. Als de
motor bij de eerste poging niet start, gloei dan
nogmaals en probeer opnieuw te starten. Houd
altijd rekening met de beperkte accucapaciteit
is
onder zeer koude omstandigheden.
NA HET STARTEN VAN DE MOTOR
Warm de motor op voordat deze zwaar belast
wordt onder zeer koude omstandigheden. Een
koude motor zal veel sneller slijten dan een warme
motor.
Laat de motor draaien op 1500 toeren gedurende
ongeveer 5 tot 10 minuten, afhankelijk van de
temperatuur. Gedurende deze periode circuleert
de olie en warmt het hydrauliek systeem op.
Als u probeert te rijden met koude olie, dan maakt
het hydraulische circuit een vreemd snorrend
geluid >> de pomp caviteert en er kan schade
ontstaan.
Het
wordt
langzaam
gebruiken, zoals heffen en laten zakken van het A-
frame.
NB!
Belast een koude machine nooit maximaal.
Voor zeer koude omstandigheden is er een optie
voor externe motor verwarming
- 19 -
LM TRAC 286
Start
de
motor
uit
gaan.
In
aanbevolen
voor
het
enkele
hydraulische
door
de
geval
een
opwarmen
functies
te