Inhoudsopgave
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
Stand draaiknop
(bescherming tegen
vorst)
Verticale stand
Middelste stand
De ruimteafschakeling kan naar keuze altijd of
alleen tijdens de spaarfunctie worden ingescha-
keld.
B Draai de schakelaar (n) in de stand P.
B Ongemengd verwarmingscircuit: Druk meer-
maals kort op de toets
uit +/- wordt weergegeven.
-of-
B Gemengd verwarmingscircuit: Druk meer-
maals kort op de toets
RO meng. uit +/- wordt weergegeven:
B Stel de ruimteafschakelingsmodus in met de
toetsen
en
– RO-modus uit +/-: Met de ruimtetempe-
ratuur wordt geen rekening gehouden.
– RO-modus sp. +/-: De ruimteafschake-
ling is alleen tijdens de „Spaarfunctie"
actief. Bij de overgang van de „Verwar-
mingsfunctie" naar de „spaarfunctie" wordt
het verwarmingstoestel uitgeschakeld tot
de ruimtetemperatuur is gedaald tot de op
de draaiknop
Vervolgens wordt er geregeld overeen-
komstig de ingestelde waarde voor ruim-
teafschakeling.
– RO-modus aan +/-: De ruimteafschake-
ling is altijd ingeschakeld. De gewenste
waarde wordt tijdens de verwarmingsfunc-
tie bepaald door de draaiknop
gewenste waarde wordt tijdens de spaar-
functie bepaald door de draaiknop
net als bij de RO-modus sp. +/- ruimteaf-
schakeling.
6 720 610 307 (03.02)
Ruimtetemperatuur
ca. 5 °C
ca. 10 °C
ca. 12 °C
ca. 15 °C
ca. 20 °C
(q) tot RO-modus
tot
:
(m) ingestelde waarde.
(k). De
Wanneer er in de woning nog een verwar-
mingsbron is, bijvoorbeeld een open haard
of een kachel, fel zonlicht of een lucht-
stroom die de temperatuur in alle ruimten
beïnvloedt, kan deze voortdurende ruimte-
temperatuurafschakeling zinvol zijn.
Schakel de ruimteafschakeling
i
voor de verwarmingscircuits HK
en/of HK
temperatuuromstandigheden op
de montageplaats van de TA 270
of de RF 1 voor regeling geschikt
zijn.
B Open de thermostaatkranen in
3.7.11 Verwarmingscurve vastleggen
(Verw.curve kiez.)
De verwarmingscurve wordt vastgelegd als
rechte lijn door twee waarden (voetpunt en eind-
punt) (afb. 21).
Voetpunt instellen
(VC_voetpunt +/- of M_voetpunt +/-)
Er kunnen waarden tussen 10°C en 85°C wor-
den ingesteld, echter niet hoger dan het inge-
stelde eindpunt.
Het voetpunt is de aanvoertemperatuur, die bij
20°C buitentemperatuur nodig is om de woning
te verwarmen.
B Draai de schakelaar (n) in de stand P.
B Ongemengd verwarmingscircuit: Druk meer-
maals op de toets
VC_voetpunt +/- wordt weergegeven.
-of-
B Gemengd verwarmingscircuit: Druk meer-
maals kort op de toets
M_voetpunt +/- wordt weergegeven.
(m)
B Stel het voetpunt in met de toetsen
alleen in wanneer de
1
deze ruimte minstens zo ver
dat de ingestelde ruimtetem-
peratuur kan worden bereikt.
(q) tot
tot
Bediening
0
en
.
55
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
