4.2
Het voor gebruik geschikt maken van een
nieuwe spuitinstallatie
Een nieuwe spuitinstallatie wordt geleverd met testvloeistof in het
vloeistofreservoir om roestvorming tijdens vervoer en opslag te
voorkomen. Deze vloeistof dient met behulp van spiritus goed uit
het systeem te worden gespoeld alvorens met spuiten te beginnen.
Houd de trekker van het spuitpistool altijd
vergrendeld terwijl u het systeem voorbereidt.
Let op
1. Hang de hevelslang in een container met spiritus.
2. Plaats de aftapslang in de metalen afvalcontainer.
3. Zet het toestel op minimale druk door de drukcontroleknop
(afb. 7, pos. 1) volledig linksom te draaien.
4. Open de hydraulische afsluitklep (2) die zich op de
hydroliekslang bevindt. De hendel moet op één lijn staan met
de slang.
5. Opent de ontluchtingsklep (3) door het volledig in
tegenwijzerzin te draaien.
3
1
6. Start de benzinemotor of de elektromotor.
a.
Om de benzinemotor te kunnen starten (afb. 8):
•
zet de brandstofventiel-hendel (2) op 'open';
•
zet de gashendel (3) in het midden;
•
zet de smoorspoel-hendel (4) voor een koude motor op 'dicht' en
voor een warme motor op 'open';
•
zet de motorschakelaar (1) op 'AAN', en
•
trek hard aan de opstartsnoer (5) totdat de motor aanslaat.
b.
Om de elektrische motor te starten, plaatst u de AAN/UIT knop in
de AAN positie.
4
2
7. Draai de drukcontroleknop (afb. 7, pos. 1) rechtsom ongeveer
1/3 naar beneden om de druk te verhogen totdat de
spuitinstallatie regelmatig loopt en het oplosmiddel vrij uit de
aftapslang loopt.
8. Laat de spuitinstallatie 15 tot 30 seconden lopen om de
testvloeistof door de aftapslang en in de afvalcontainer te
spoelen.
PowrTwin Plus
2
3
1
5
NL
9. Schakel de spuitinstallatie uit.
a.
Om de benzinemotor te kunnen uitschakelen:
•
zet de druk op het minimum door de drukcontroleknop volledig in
tegenwijzerzin te draaien,
•
zet de gashendel op 'langzaam', en
•
zet de motorschakelaar op 'UIT'.
b.
Om de elektrische motor uit te schakelen,
•
zet de druk op het minimum door de drukcontroleknop volledig in
tegenwijzerzin te draaien,
•
plaatst u de AAN/UIT schakelaar in de UIT positie.
11
Functioneren