INSTALLATIE
Montage
4.3 Weerbeschermrooster monteren
Info
De volgende stappen moeten uitgevoerd worden na
het afwerken van de buitengevel, nadat het buiten-
pleisterwerk aangebracht is of het huis voorzien is van
gevelstenen.
f Snijd dichtingsmateriaal dat aan het stucdeksel uitsteekt,
tot tegen het deksel af.
f Verwijder het stucdeksel uit de omlijsting.
1
1 Schroefdraadmof met gaten (omlijsting)
1 Bevestigingsgaten (weerbeschermrooster)
f Bevestig het weerbeschermrooster met de meegeleverde
schroeven en de kunststof onderlegringen in de voorzie-
ne omlijsting.
Materiële schade
!
Draai de schroeven met een schroevendraaier hand-
vast aan (maximaal 2 Nm).
Antidrupkappen monteren
1
1 Antidrupkappen
f Verlijm aan het linker en rechter uiteinde van de drui-
prand de antidrupkappen, bijv. met silicone.
AWG 160 R
Weerbeschermrooster rondom afdichten
f Dicht de spleet tussen de gebouwmuur en het weerbe-
schermrooster rondom af, bijv. met silicone.
4.4 Luchtkanaal aansluiten
Materiële schade
!
Om condensatie in de opstelruimte te vermijden,
moet het gebruikte luchtkanaal geïsoleerd zijn.
Info
De volgende werkinstructies gelden voor het gebruik
van een geïsoleerde flexibele slang als luchtkanaal.
Als u een stijf luchtkanaal gebruikt, adviseren wij om
een stuk flexibele slang als trillingsontkoppeling aan
te brengen tussen wanddoorvoer en luchtkanaal.
1
Info
Gebruik een verbindingsstuk (bijv. bocht of nippel met
spiraalfelsnaad) met een diameter van 160 mm.
f Schuif een uiteinde van het verbindingsstuk in de aan-
sluitstomp van de wanddoorvoer.
| 15