Installatie en aansluiting
installatie
1. Boor een gat (diameter : 6 mm, diepte : min
55 mm) aan de onderkant van de behuizing
en steek het meegeleverde kunststof anker
er tot het einde in.
2. Plaats het gat aan de onderkant op het
pluggat en draai een tapschroef (M4.5xL50)
in de plug.
3. Leg de benodigde kabels en sluit ze aan.
Zorg ervoor dat de kabels niet beschadigd
of gedraaid raken wanneer u de camera installeert.
4. Zie het gedeelte 'De monitorrichting voor de camera aanpassen' om de
lensrichting naar wens aan te passen. (pagina 37)
5. Sluit het koepeldeksel.
Om ervoor te zorgen dat er geen water kan binnendringen, gebruikt u de L-vormige inbussleutel om
`
de bevestigingsbouten stevig aan te draaien.
30_ Installatie en aansluiting