5.3 Tabel gebruiksinstellingen*:
CIJFER BETEKENIS
Retourwatertemperatuur instelling
00
(koelingsmodus)
Retourwatertemperatuur instelling
01
(verwarmingsmodus)
Totale werkingstijd van compressor
02
na vorst.
Instelling begintemperatuur voor
03
ontdooiing
Temperatuur waarop ontdooiing stopt
04
Maximale ontdooitijd
05
06
Elektronisch Expansie Ventiel modus
07
Automatische herstart na
uitschakelen
Modus (alleen koelen / warmtepomp /
08
aanvullende elektrische verwarming /
heet water)
09
Warmtepomp blijft aan of stopt nadat
compressor 30 seconden uit staat.
A
Auto modus (retourwatertemperatuur) 8°C – 60°C
B
Instellen E.E.V (verwarmingsmodus)
Elektronisch Expansieventiel
C
handmatig
D
Instellen E.E.V. (koelingsmodus)
E
Maximale temperatuurinstelling
F
DeltaT instelling
G
Omgevingstemperatuur bescherming
* Betreft warmtepompen met een koel- en verwarmingsmodus. Voor een warmtepomp zonder koelfunctie zijn parameters 0 t/m 5 niet van toepassing.
BEREIK
STANDAARD
8°C – 28°C
27°C
15°C – 40°C
27°C
30 – 90 min
90 min
-30°C – 0°C
-30°C
2°C – 30°C
2°C
1 – 12 min
1 min
0 (handmatig) /
1
1 (auto)
0 – 1
1 (record)
0 – 3
1 (warm water)
0 (blijft aan) /
0
1 (stopt)
40°C
-F(-15°C) ~F (- 15°C) 5°C
10 ~ 50
35
-F(-15°C) ~F (- 15°C) 5°C
30°C – 70°C
40°C
1°C – 20°C
2°C
-15°C – 15°C
8°C
AANPASSEN
(JA/NEE)
ja
ja
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
Aan te passen door
technicus
21