NL
Wanneer u een nieuwe temperatuurstand hebt geselecteerd, weerklinkt er een piep-sequentie om
aan te geven, dat de nieuwe temperatuur werd ingesteld.
Om de nieuwe temperatuurstand op te slaan, drukt u 3 seconden lang op de „STEAM"- toets. Een
lange, afzonderlijke signaaltoon weerklinkt. Dit signaleert u, dat de temperatuurstand werd opgesla-
gen.
Het apparaat schakelt automatisch in en begint te verhitten.
Stoomvochtigheid en pompcapaciteit
De stoompompfrequentie van dit apparaat werd standaard ingesteld; 0,3 seconden „aan" en 0,5
seconden „uit". De mogelijkheid bestaat om deze standaardinstelling te veranderen. Een verandering
van de frequentie maakt de stoom natter of droger tot en met een sterke droge stoom, ideaal voor
het vervaardigen van stabiel melkschuim. De pompfrequentie („uit"-tijd) kan met 0,1 seconden wor-
den verhoogd of verlaagd, zoals dit overeenkomt met uw behoeften.
Ga hierbij als volgt te werk:
• Apparaat uitschakelen.
• Druk op de „HOT WATER"-toets.
• Terwijl u de „HOT WATER"-toets ingedrukt houdt, drukt u op de „POWER"-toets en u laat de „POWER"-
toets weer los.
• Laat nu de „HOT WATER"-toets los.
Dit activeert de programmeerbaarheid van de stoomtemperatuur. Om dit te signaleren, weerklinken
er bij verschillende standen diverse piep-sequenties.
De lampjes achter de „COFFEE"-toets en de „STEAM"-toets gaan knipperen.
• Een niveau omhoog (+): Druk op „STEAM"
11