5.6.4. Wateraansluitingen
Controleer de aansluitingen naar de warmtepomp.
Aanhaalmoment 30 Nm.
Hier worden normale leidingen weergegeven.
E C O N O R D I C W H 4 / W 4
5.6.5. Afvoer
Afvoerwater van de verdamper en het veiligheidsventiel
wordt via een niet onder druk staande leiding naar het
opvangbak geleid en van daar naar de afvoergoot.
Zorg ervoor dat de afvoerleiding het hele traject naar het
afvoerputje omlaag loopt.
De afmetingen van het opvangbak voor andere
aansluitingen is een diameter van 32 mm.
VOORZICHTIG!
Zorg ervoor dat het afvoerputje
!
goed bereikbaar is, zodat het indien
nodig kan worden gereinigd.
Alternatieve uitgang voor heet- en koudwaterleidingen.
Alternatieve locatie afvoerbak.
De afvoerslang kan worden gesneden en verlegd.
Waar aangegeven kan er een opening in de zijkant
worden gemaakt.
32