4. Bediening
4.1 Checklist voor start
1.
Controleer en zorg ervoor dat de accu voldoende stroom heeft.
2.
Zorg ervoor dat de elektrische buitenboordmotor juist en stevig op de boot is gemonteerd.
3.
Zorg ervoor dat de propeller juist en stevig op de elektrische buitenboordmotor is gemonteerd.
4.
Zorg ervoor dat de accu juist en stevig op de elektrische buitenboordmotor is gemonteerd.
5.
Controleer en zorg ervoor dat voor het starten de gashendel in de nulstand staat.
6.
Zorg ervoor dat de gashendel soepel kan bewegen.
7.
Controleer voor elke trip de aansluitingen, zorg ervoor dat de aansluitingen juist en veilig zijn
en dat ze niet loszitten, versleten of verouderd zijn.
8.
Controleer en zorg ervoor dat de stroompoort droog is om kortsluiting te voorkomen.
Start de buitenboordmotor alleen wanneer de propeller onder
Als de kabel onder water is geweest, droog dan de kabel grondig voor u deze verbindt of de motor
inschakelt.
4.2 Starten
Stap 1: Steek de veiligheidssleutel in de juiste stand op de helmstok/afstandsbediening en bevestig het
andere uiteinde van de veiligheidssleutel aan uw pols of veiligheidsvest.
Voorzorgsmaat
regelen
!
●
Gebruik om veiligheidsredenen de veiligheidssleutel in de verpakking en bevestig het koord van de
veiligheidssleutel altijd aan uw pols of het veiligheidsvest, zodat de buitenboordmotor gestopt wordt
in een noodsituatie of bij vallen in het water.
●
De veiligheidssleutel heeft een magnetisch veld, houd deze 50 cm/20 inch uit de buurt van
pacemakers en andere medische implantaten.
●
Het magnetisch veld van de veiligheidssleutel kan storing veroorzaken op sommige elektrische
instrumenten. Houd daarom de veiligheidssleutel uit de buurt van deze elektronische instrumenten.
●
Houd de veiligheidssleutel 50 cm/20 inch uit de buur t van magneetkaarten (bijv. creditcards) en
andere magnetische media.
Afbeelding 4-1
- 16 -