2.4.2
Veilige werking
Het bedienen van het apparaat vereist de volledige concentratie en bekwaam-
heid van het personeel. Personen die oververmoeid zijn, zich niet kunnen con-
centreren of onder invloed zijn van alcohol, drugs of medicijnen mogen niet
aan of met het apparaat werken.
Personen die het apparaat niet rechtstreeks hoeven te bedienen, moeten vol-
doende veiligheidsafstand tot het apparaat bewaren.
Controleer voor gebruik of het apparaat in perfecte staat is. Als het apparaat
beschadigd is, mag het niet worden gebruikt. Beveilig het apparaat dan tegen
gebruik en repareer het of laat het repareren.
Om de werking en veiligheid van het apparaat niet in gevaar te brengen,
mogen afdekkingen of andere onderdelen van het apparaat niet worden ver-
wijderd.
Bedieningselementen mogen niet onnadenkend of opzettelijk worden bediend.
Dit kan leiden tot persoonlijk letsel of schade aan het apparaat.
Bij het gebruik van het apparaat moet het personeel stevig staan en een ergo-
nomische houding aannemen.
Het apparaat mag tijdens het gebruik niet onbeheerd worden achtergelaten.
Dompel het apparaat nooit onder in water.
Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd zodat er zich geen vuil o-
phoopt. Alle bedieningselementen en handgrepen moeten schoon, droog en
vetvrij worden gehouden.
Als het apparaat niet wordt gebruikt, moet het zodanig worden geparkeerd dat
niemand in gevaar wordt gebracht. Beveilig het apparaat tegen onbevoegd ge-
bruik.
14
Gebruiksaanwijzing
Kernboormachine KBS-252/M-PRO
BA-01-000004-01-NL
2024-05-21