Ontgrendeling en vergrendeling van de aandrijfmotor:
De speciale sleutel in de uitsparing van de ontgrendeling
steken en met de klok mee (rechtsom) draaien om de hendel te
ontgrendelen, vervolgens de hendel volgens de afbeelding
verwijderen.
Vervangende onderdelen:
Alleen oorspronkelijke onderdelen gebruiken.
De aandrijfmotor niet op schuin aflopende poorten monteren.
Alle aansluitingen met uitgeschakelde stroom tot stand brengen.
9. ELEKTRONISCHE CENTRALE
Aansluiting en inbedrijfstelling van de centrale
•
De "Algemene veiligheidsaanwijzingen" lezen voor de installatie van het automatisme.
•
De geldende normen schrijven de installatie van een stroomverbreker / scheidingsschakelaar op het
voedingsnet voor.
•
De vermogens- en bedieningskabels verbinden volgens de onderstaande criteria:
De aangesloten stopknop of -schakelaar (STOP) moet met de hand kunnen worden
ontgrendeld. De ingang STP aan de massa overbruggen (de klemmen ↓ komen met de massa
overeen) als deze niet gebruikt wordt.
De goede aansluiting en werking van alle ingangen op de klemmenstrip controleren.
Pauzetijd
Motorkracht
Selectie radiokanaal
Leerknop
P1/SET
Radioantenne
Voetgangersbediening
Hulpbediening
De aangesloten stopknop of -schakelaar (STOP) moet met de hand kunnen worden
ontgrendeld. De ingang STP aan de massa overbruggen als deze niet gebruikt wordt.
FOR
Noodstop
WEAT C2N – V1 -NL
PAU
OBS
10
Reactietijd op het obstakel
Obstakeldetectie
OVL
Leerknop
P2/RADIO
Zekering 10A
Secundaire transformator
Motor
Zwaailicht
Eindschakelaars
Noodaccu