6.0 SENSOREN
Het toestel heeft twee NTC-temperatuursensoren: de ene meet de temperatuur binnen het toestel en de
andere de temperatuur van de verdamper.
De tweede sensor is zo gemonteerd dat de werking van de ventilator geoptimaliseerd wordt en de
ontdooitijden korter zijn.
7.0 ONTDOOIEN
Tijdens de werking wordt er ijs gevormd op het oppervlak van de verdamper: dit is normaal, maar het
7.1
AUTOMATISCH ONTDOOIEN
Het ontdooiproces is automatisch en gebeurt op vooraf ingestelde tijdstippen.
De maximale effectiviteit en minimale duur worden gegarandeerd door de aanwezigheid van de
verdampersensor die aan de hand van de temperatuur detecteert wanneer het ontdooiproces voltooid is.
De duur kan verschillen naargelang de aanwezige hoeveelheid ijs.
7.2
HANDMATIG ONTDOOIEN
Deze modus zou alleen gebruikt mogen worden wanneer verder ontdooien noodzakelijk is in
aanvulling op dat wat automatisch wordt uitgevoerd door het toestel.
Zorg ervoor dat het toestel werkt (5.1).
Hou de toets
gedurende enkele seconden ingedrukt.
De led
gaat branden.
De ontdooicyclus stopt automatisch. De duur ervan hangt af van de hoeveelheid ijs op het oppervlak van de
verdamper.
Zodra het ontdooien voltooid is, hervat het toestel automatisch de normale werking.
8.0 CONDENSATIEVERDAMPING
Het toestel is voorzien van een systeem voor de automatische opvang en verdamping van water dat
geproduceerd wordt door het ontdooien.
9.0 MINIMUM- EN MAXIMUMTEMPERATUUR
U kunt de geregistreerde maximum- of minimumtemperatuur bekijken. Deze functie stelt u in staat om te
controleren of de producten goed bewaard werden als de zaak gesloten is geweest gedurende een bepaalde
periode en het toestel bijgevolg niet werd gecontroleerd.
9.1
GEREGISTREERDE MAXIMUMTEMPERATUUR BEKIJKEN
Druk op de toets
: op het display verschijnt "hi" gevolgd door de geregistreerde maximumtemperatuur.
9.2
GEREGISTREERDE MINIMUMTEMPERATUUR BEKIJKEN
Druk op de toets
: op het display verschijnt "Lo" gevolgd door de geregistreerde minimumtemperatuur.
9.3
GEREGISTREERDE WAARDEN WISSEN
Bekijk de maximum- of minimumtemperatuur met behulp van de toetsen
Druk op de toets
.
De melding "rST" knippert 3 keer om te bevestigen dat de waarden met succes gewist werden.
.
n de
of
65