Gebruikershandleiding
3. Controleer of zich op de doorschijnende folie vlekken bevinden. Vlekken zijn gemakkelijker te zien als u een
lamp gebruikt.
Als zich op de doorschijnende folie (A) vlekken bevinden (bijvoorbeeld vingerafdrukken of vet), gaat u verder
met de volgende stap.
A: Doorschijnende folie
B: Rail
c
Belangrijk:
Raak de rail (B) niet aan. Anders kunt u mogelijk niet meer afdrukken. Veeg het vet niet van de rail. Dit is
nodig voor een correcte werking.
4. Bevochtig een wattenstaafje met wat water met een paar druppels schoonmaakmiddel (zorg ervoor dat er geen
water vanaf drupt) en veeg de vlek weg.
c
Belangrijk:
Veeg de vlek voorzichtig weg. Als u te hard op het wattenstaa e drukt, kunnen de veren van de folie
verschuiven en kan de printer beschadigd raken.
5. Gebruik een nieuw, droog wattenstaafje om de folie schoon te vegen.
c
Belangrijk:
Laat geen vezels achter op de folie.
Opmerking:
Gebruik regelmatig een nieuw wattenstaa e om te voorkomen dat u het vuil naar andere plekken verspreidt.
De printer onderhouden
138