Tabel 5. Opties voor Systeeminstallatie - Geïntegreerde apparatenmenu-opties (vervolg)
Geïntegreerde apparaten
Thunderbolt Boot Support inschakelen
Thunderbolt (en PCIe achter TBT) pre-boot-
modules inschakelen
Tabel 6. Opties van System Setup - Storagemenu
Storage
SATA/NVMe-bewerking
SATA/NVMe-bewerking
Storage-interface
Poortactivering
SMART-rapportering
SMART-rapportage inschakelen
Schijfinformatie
Tabel 7. Opties voor System Setup - Beeldschermmenu
Beeldscherm
Helderheid van beeldscherm
Helderheid op batterij
Helderheid op wisselstroom
Touchscreen
Touchscreen
Logo op volledig scherm
Enable USB Boot Support is standaard geselecteerd.
Opstartsupport voor Thunderbolt inschakelen.
Standaard: UIT
Hiermee kunt u de toestemming in of uitschakelen voor het aansluiten van PCIe-
apparaten op een Thunderbolt-adapter tijdens de pre-boot.
Standaard: UIT
Hiermee kunt u de bewerkingsmodus van de geïntegreerde storageapparaatcontroller
configureren.
Standaard: RAID On. Het storageapparaat is geconfigureerd om de RAID-functies
te ondersteunen. Indien ingeschakeld worden alle NVMe- en SATA-apparaten
toegewezen aan de VMD-controller. De Windows RST-driver (Intel Rapid Restore
Technology) of Linux kernel VMD-driver moeten worden geladen om het
besturingssysteem op te starten.
Hiermee kunt u de schijven op de kaart in- of uitschakelen.
Standaard: AAN
Hiermee kunt u SMART (Self-Monitoring, Analysis, and Reporting Technology) in- of
uitschakelen.
Standaard: UIT
Toont de informatie van diverse schijven op de kaart.
Hiermee wordt de helderheid van het scherm ingesteld als de computer alleen op
batterij wordt uitgevoerd.
Standaard: 50
Hiermee wordt de helderheid van het scherm ingesteld als de computer alleen op
wisselstroom wordt uitgevoerd.
Standaard: 100
Hiermee kunt u het touchscreen in- of uitschakelen.
Standaard: AAN
Wanneer dit is ingeschakeld, wordt het logo op volledig scherm weergegeven als de
afbeelding overeenkomt met de schermresolutie.
Standaard: UIT
System Setup
61