Parameter
Inschakelvertraging Aanwezigheid
Nalooptijd aanwezigheid
Inschakeldimwaarde C1, C2, C3
Bedieningswijze C1/C2, C3, C4
Regelsnelheid
Minimale dimwaarde C1, C2, C3
Maximale dimwaarde C1, C2, C3
Uitschakelen lichtsterkte
Dimsnelheid handm. dimmen
Reactie na dimmen
Stand-by tijd
Stand-by-dimwaarde
Stand-by toewijzing
IR-groepsadres C1
IR-groepsadres C2
IR-groepsadres C3
IR-groepsadres C4
Scène 1 C1, C2, C3
Scène 2 C1, C2, C3
Scène 1 C4
Scène 2 C4
Configuratie toets/RC
LED-weergave beweging
Het resetten van de parameters naar de fabrieksinstellingen is
alleen met de afstandsbediening theSenda B/App mogelijk.
DALI-EVA's resetten
De aangesloten DALI-EVA's worden naar hun fabrieksinstellin-
gen gereset en de groepsadressen gewist.
Het DALI-relais resetten
Het aangesloten DALI-relais wordt gereset naar de
fabrieksinstellingen.
9. Inbedrijfstelling
Eerste inbedrijfstelling (niet-configureerbare
installatie)
Na het eerste inschakelen van de spanning van de installatie
start de melder opnieuw, identificeert automatisch alle aan-
gesloten DALI-lampen, geeft Short-adressen af en beheert
deze in een lijst. Deze fase is herkenbaar aan het LED-knip-
perpatroon (5 x kort aan om de 3 s) en kan afhankelijk van de
grootte van de installatie max. 3 min duren.
Als geen DALI-EVA op de melder is aangesloten of als een
DALI-kabel is onderbroken, is dit op de melder herkenbaar
aan het LED-knipperpatroon (LED is ingeschakeld en 2 x kort
uit om de 3 s).
Als de installatie OK is, schakelt de melder automatisch naar
de configuratiemodus en wacht op de configuratie van de
lichtgroepen. Dit is herkenbaar aan het LED-knipperpat-
roon (2 x kort aan om de 3 s). Zolang de configuratie niet
werd uitgevoerd, bevindt de installatie zich in de volgende
bedrijfsmodus:
•
Melder bevindt zich in de Broadcast-modus.
•
Functie is schakelen (alleen aanwezigheidsdetectie, geen
lichtmeting).
Waarde
geen
10 min
50 %
auto
Standaard
10 %
100 %
10 min
Standaard
school
0 s
10 %
C1+C2+C3
I
II
III
IV
30 %
70 %
uit
aan
toegestaan
uit
•
Alle lampen worden met 100% inschakeldimwaarde
aangestuurd.
•
De bedrijfsmodus is volautomatisch.
•
Alle aangesloten toetsen zijn actief. In- en uitschakelen
en dimmen zijn mogelijk.
•
Nalooptijd 10 min.
Configuratie van de lichtgroepen
Voor de configuratie zijn meerdere mogelijkheden
beschikbaar:
•
Instelbaar met de theSenda Plug app in combinatie met
deSenda B afstandsbediening
•
Met toets
Configuratie van de lichtgroepen met afstandsbediening the-
Senda B/App
theSenda B met de bijbehorende app "theSenda Plug"
verbinden.
theSenda B onder de melder plaatsen (afstandsbediening
op de melder gericht).
In de app "theSenda Plug" het type "theRonda P360-330
DALI" selecteren.
In het menu "DALI-configuratie" de gewenste groepstoewi-
jzing kiezen.
Voor de DALI-configuratie zijn 3 mogelijkheden beschikbaar:
y Groepstoewijzing (niet-geadress.): alleen DALI-EVA's zonder
groepsadres worden bewerkt.
y Groepstoewijzing (alle): alle aangesloten DALI-EVA's
worden geconfigureerd. LET OP: alle bestaande groepsto-
ewijzingen met het groepsnummer 1, 2 of 3 worden gewist.
y Groepstoewijzing wijzigen: het volgende aanwezige EVA
wordt gezocht en geselecteerd.
L De afstandsbediening moet op de melder zijn gericht! De
LED wordt uitgeschakeld.
▻ Nadat de gewenste groepstoewijzing is gekozen,
bevindt de melder zich in de programmeermodus.
▻ Een DALI-lamp begint te pulseren (willekeurige
volgorde).
Het gewenste kanaal C1, C2 of C3 met toets
DALI-EVA toewijzen.
▻ De lamp bevestigt de toewijzing met omlaag dimmen
tot 20%.
▻ De volgende DALI-lamp begint te pulseren. Zo worden
achtereenvolgens de lichtgroepen aan alle lampen
toegewezen.
•
Bij groepstoewijzing (niet-geadress.) of (alle): Wanneer
alle DALI-EVA's aan een lichtgroep zijn toegewezen,
beëindigt de melder de configuratie automatisch en start
opnieuw, zie onder "Inschakelgedrag". Vervolgens scha-
kelt theRonda DALI naar de normale bedrijfsmodus en is
de configuratie beëindigd.
•
Indien nodig, kan de configuratie met "Groepstoewijzing
beëindigen" worden beëindigd. De installatie is in dat
geval niet bedrijfsklaar.
•
Indien „Groepstoewijzing wijzigen" werd geselecteerd,
kan met "Verder" (toets onder) naar de volgende DALI-
EVA zonder wijziging van de lichtgroep worden gescha-
keld. Anders blijft de procedure identiek. Wanneer alle
gewenste wijzigingen zijn uitgevoerd, moet de configu-
ratie met "Beëindigen" (toets onder) worden beëindigd.
aan de
11