FLEXCOOL™ 35
Bijvullen:
Giet 9,0 liter (2,375 gallon) koelvloeistof in de vulopening van het
koelvloeistofreservoir met behulp van een trechter.
Gebruik de koelvloeistofzuiveringsopdracht in de UI-menu's van de
machine om het systeem te helpen vullen.
Voeg tijdens het vullen extra koelvloeistof toe om het reservoir vol
te houden.
De koeler is "VOL" wanneer de koelvloeistof net zichtbaar is onder
de vulopening van het koelvloeistofreservoir.
Vergeet de reservoirdop niet terug te plaatsen na het bijvullen. Als
u de FlexCool™ 35 laat werken zonder de reservoirdop, kan er
onnodige vervuiling ontstaan en brengt u anderen misschien in gevaar.
DE "IN" EN "UIT" VERBINDINGEN VAN DE
KOELVLOEISTOF
De koppelingen aan de voorzijde van de FlexCool™ 35 zijn inerte
CGA B-gaskoppelingen ("Uit" is RH en "In" is LH). Gebruik alleen
de aangegeven slangen om de koeler op de FlexStart™-console
te bevestigen. Raadpleeg Afbeelding A.2.
Koelvloeistofslangverbindingen naar de FlexCool™ 35:
AFBEELDING A.2
3
2
1
1. Koelvloeistof "In" / "Retour"
2. Reservoir Fill Neck
3. Voorste montage- en vergrendelbeugel
4. Status-LED
5. Koelvloeistof "Uit" / "Toevoer"
6
6. ArcLink-aansluiting (5 pennen)
7. 115 Vwisselstroom C14 Contact
(Raadpleeg Afbeelding A.2) Pak de "Toevoerslang" (rechtse
schroefdraad, geen groef aan de buitenkant van de moer) en
schroef deze in de koelvloeistof "UIT"-aansluiting aan de rechter
voorkant van de koeler. Zet de verbindingsmoer van de slang
stevig vast in de koppeling met een moersleutel zodat er geen
4
lekken optreden. Pak vervolgens de "Retourslang" (linkse
schroefdraad, groef rond de zeskantmoer) en schroef deze in de
koelvloeistof "IN" koppeling aan de linker voorkant van de koeler.
Bevestig nogmaals de verbindingsmoer van de slang stevig met
een sleutel in de fitting van de koeler om ervoor te zorgen dat er
geen lekken optreden. CONTROLEER DAT ER ZICH GEEN LEKKEN
VOORDOEN WANNEER U DE KOELER AANSCHAKELT. EEN LEK KAN
5
ERVOOR ZORGEN DAT HET RESERVOIR LEEG KOMT TE STAAN EN
KAN MOGELIJK GEVAARLIJK ZIJN.
NB: GEBRUIK ZEKER ALLEEN DE GESPECIFICEERDE
SLANGEN EN CONTROLEER DAT DE DRAAD EN
PASSENDE METALEN OPPERVLAKKEN SCHOON ZIJN
SLECHTE VERBINDINGEN KUNNEN
KOELVLOEISTOFLEKKEN VEROORZAKEN EN ERVOOR
ZORGEN DAT HET KOELVLOEISTOFRESERVOIR LEEG
KOMT TE STAAN.
STROOMTOEVOER EN ARCLINK-VERBINDINGEN
Sluit het meegeleverde netsnoer aan op de achterkant van de
FlexCool™ 35 en in de 115V NEMA 5-15-aansluiting aan de
achterkant van de FlexCut™ 200-voedingsbron.
Steek de meegeleverde Arclink-kabel in de 5-pins Amphenol aan
de achterkant van de FlexCool™ 35 en in de 5-pins Amphenol
aan de achterkant van de FlexCut™ 200.
A-4
AFBEELDING A.3
WAARSCHUWING
INSTALLATIE
7