2
3
4 De aansteekgasleiding Rp ¼ en de luchtleiding
Rp ½ aansluiten.
➔ Voor het aansluiten van gasontstekings- en
luchtleidingen met NPT-schroefdraad moet de
adapterset worden besteld – zie pagina 6 (9
Toebehoren).
5 BedRaden
gevaaR
Levensgevaar door elektrische schok!
Alvorens aan stroomvoerende onderdelen te wer-
ken de elektrische bedrading spanningsvrij maken!
➔ Voor de ionisatie- en ontstekingskabel niet-afge-
schermde hoogspanningskabel gebruiken:
FZLSi 1/7 -50 tot +180°C (-58 tot +356°F),
bestelnr. 04250410,
of
FZLK 1/7 -5 tot +80°C (23 tot 176°F),
bestelnr. 04250409.
➔ Brander bedraden volgens de aansluitschema's
van de branderautomaat/ontstekingstransfor-
mator.
ZaI
1
2
3
4 Aardleiding voor het aarden op de bevestigings-
strip van het branderelement
ZKIh
1
2
I
I = ionisatiepen
Z
Z = ontstekingselektrode
S
s
aansluiten.
3
P
4
➔ PG-wartel
p
vastschroeven.
I = ionisatiepen
I
Z
= schroef voor
5
aardleiding
6 Ionisatie- en ontstekingskabel met 5 Nm
aantrekken (sleufschroef), daarbij de elektrode
op de zeskant tegen verdraaien borgen.
7 Afdichting en deksel weer aanbrengen en
vastschroeven.
8 Aardleiding op de brander aansluiten.
6 LeKTesT
gevaaR
ontploffings- en vergiftigingsgevaar!
Opdat er geen risico door lekkage ontstaat, direct
na de inbedrijfstelling van de brander, de gasvoe-
rende verbindingen op de brander op lekkage
controleren!
ZaI
1
2
ZKIh
1
2
NL-4
Z = ontstekings-
elektrode