Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Setup (Instellingen) > Advanced Routing (Geavanceerde Routing) - Cisco Linksys WAG54GS Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Hoofdstuk4
Username
(Gebruikersnaam): geef de gebruikersnaam voor
uw account op.
Password
(Wachtwoord): geef het wachtwoord voor uw
account op.
Host Name
(Hostnaam): geef de URL op van de DDNS die
door de service is toegewezen.
Status: de status van de verbinding met de DDNS-service
wordt weergegeven.
Connect
(Verbinding maken): klik op deze knop als u
handmatig een update wilt starten.
Klik op Save Settngs (Instellingen opslaan) om de wijzigingen
door te voeren of klik op Cancel changes (Wijzigingen
annuleren) om de wijzigingen te annuleren.
TZO.com
Setup (Instellingen) > DDNS > TZO
E-mal Address
(E-mailadres): geef het e-mailadres voor
uw account op.
TZO Password
(TZO-wachtwoord): geef het wachtwoord
voor uw account op.
Doman Name
(Domeinnaam): geef de URL op van de
DDNS die door de service is toegewezen.
Status: de status van de verbinding met de DDNS-service
wordt hier weergegeven.
Connect
(Verbinding maken): klik op deze knop als u
handmatig een update wilt starten.
Klik op Save Settngs (Instellingen opslaan) om de
wijzigingen door te voeren of klik op Cancel changes
(Wijzigingen annuleren) om de wijzigingen te annuleren.
Setup (Instellingen) > Advanced Routing
(Geavanceerde routing)
Op dit scherm kunt u de geavanceerde functies van de
gateway instellen. Met Operating Mode (Bedrijfsmodus)
kunt u het type geavanceerde functies selecteren dat u
gebruikt. Met Dynamic Routing (Dynamische routing) wordt
de wijze waarop pakketten worden verplaatst in uw netwerk
automatisch aangepast. Met Static Routing (Statische
routing) wordt een vaste route naar een andere bestemming
in het netwerk ingesteld.
Wreless-G ADSL-gateway met SpeedBooster
Geavanceerde configuratie
Setup (Instellingen) > Advanced Routing (Geavanceerde routing)
Advanced Routing (Geavanceerde routing)
NAT
Enabled/Dsabled
(Ingeschakeld/Uitgeschakeld): als deze
gateway de host is van de internetverbinding van uw netwerk,
houdt u de standaardinstelling Enabled (Ingeschakeld) aan.
Selecteer Dsabled (Uitgeschakeld) als er zich nog een andere
gateway of router in uw netwerk bevindt.
Dynamic Routing (Dynamische routing)
RIP: met deze functie kan de gateway zich automatisch
aanpassen aan fysieke veranderingen in de netwerkstructuur
en routingtabellen met andere routers uitwisselen. De
gateway bepaalt de route van de netwerkpakketten op basis
van het geringste aantal knooppunten tussen de bron en de
bestemming. Selecteer Enabled (Ingeschakeld) als u de functie
Dynamic Routing (dynamische routing) wilt gebruiken. In alle
andere gevallen kiest u voor de standaardinstelling: Disabled
(Uitgeschakeld).
RIP Verson
(RIP-versie): selecteer de gewenste versie voor
het protocol, RIP1 of RIP2.
Static Routing (Statische routing)
Een statische route is een vooraf bepaald pad waarover
netwerkgegevens moeten gaan om bij een bepaalde host of
een bepaald netwerk te komen. Voer de volgende gegevens
in om een nieuwe statische route in te stellen.
Select set number
(Getal selecteren): u stelt een statische
route tussen de gateway en een ander netwerk in door een
getal in de vervolgkeuzelijst Static Routing (Statische routing)
te selecteren. Klik op Delete Ths Entry (Item verwijderen)
als u een statische route wilt verwijderen.
Destnaton IP Address
(Doel-IP-adres): het doel-IP-adres
is het IP-adres van het externe netwerk of de externe host
waaraan u een statische route wilt toewijzen.
Subnet Mask
(Subnetmasker): hiermee wordt bepaald welk
deel van een doel-IP-adres voor het netwerk is en welk deel
voor de host.
12

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave