3.4. Loskoppelen van de rolstoel
Na het bereiken van de gewenste stopplaats, gaat het
De rolstoel kan nu worden neergelaten. Druk op de stuurknop totdat er geen spanning
meer op de gordels staat. De 4 wielen van de rolstoel moeten stevig op de grond staan.
Neem de riem aan de voorzijde los door de geperforeerde platen uit de adapters te
nemen. Daarna de rolstoel uit de achterste beugel rijden.
Draagbeugel omhoog duwen en de lift in de parkeerstand sturen.
3.5. Wandstation
•
Schakel bij de rolstoellift de sleutelschakelaar op handmatige bediening uit en trek de
sleutel uit.
•
Steek de sleutel in de sleutelschakelaar op het wandstation en draai de sleutel.
(Inschakelen)
•
Breng de lift met de knop "omhoog" of "omlaag" in de gewenste richting in de
parkeerstand. (Led brandt)
•
Voor het wegsturen en ophalen van de lift moet de knop altijd ingedrukt blijven.
•
De lift stopt automatisch op de eindposities.
•
Draai de sleutel en trek deze uit het wandstation. (Uitschakelen)
Vervanging van de batterijen
•
Als de led tijdens de werking van de lift knippert zijn de batterijen ontladen en moeten
deze worden vervangen.
•
Draai voor het vervangen van de batterijen alle vier sleufschroeven uit de frontplaat.
•
Neem vervolgens de frontplaat met de batterijhouder voorzichtig weg. Neem de
batterijhouder los van de batterijaansluiting en neem de batterijen uit. Zet nieuwe
batterijen in (4 stuks 1,5 V type UM3/AA/LR6) en sluit de batterijaansluiting weer aan.
•
Zet de batterijhouder weer in het frame en schroef de frontplaat weer vast.
•
Verplaats de lift met het wandstation en controleer de led. De led moet altijd branden
als de knop "omhoog" of "omlaag" wordt ingedrukt.
sleufschroeven
Knop
omhoog
Sleutelschakelaar
sleufschroeven
Frontplaat
LED
groene pijltoets
Frontplaat – achterzijde
Frontplaat
Knop
Batterijhouder
omlaag
batterij
7
weer branden.
Batterijaansluiting