Vegen
Normaal moet geveegd worden met een rolbezem die afgesteld
is zoals beschreven in "Borstel afstellen, hoogte en hoek". De
gele merken van de hoogte- en hoekindicatie moeten in lijn zijn.
In deze stand staat het snelsluitframe van de wiellader loodrecht
op de grond. De bezem werkt dan met gelijkmatige bodemdruk
over de totale werkbreedte (afbeelding 10).
Attentie! Gebruik de hef- of kiepfunctie van de wiellader niet
voor het afstellen van de bodemdruk.
Wanneer op een kant van de bezem meer druk nodig is, of wan-
neer de rolbezem ongelijk afgesleten is, kan dit afgesteld worden
door de kiepafstelling te veranderen.Door de bezem achterover te
kantelen wordt de druk op de naar de wiellader gezwenkte kant
van de bezem vergroot (afbeelding 11).
Door de bezem voorover te kantelen wordt de druk op de naar
voren gezwenkte kant van de bezem vergroot (afbeelding 12).
Kantel achterover om de rolbezem voor transport van de grond te
heffen, dit voorkomt beschadiging van de bladveer.
Afkoppelen van voertuigen met standaardbevestig-
ing
1.Ontkoppel eerst de pennen van het snelsluitframe voordat de
rolbezem op de grond gezet wordt, om schade aan het veersys-
teem van de rolbezem te voorkomen.
2. Laat de steunpoten zakken en borg deze in de parkeerstand.
Attentie! Gebruik wanneer de rolbezem niet in gebruik is altijd
de steunpoten, omdat anders de bezem kan vervormen.
3. Laat de rolbezem op de grond zakken.
4.Maak de snelkoppelingen voor de 3e en 4e hydraulische functie
of hydromotor aansluiting los, evenals de kabel.
Afkoppelen van voertuigen zonder eigen hefinrich-
ting
1. Plaats de steunpoten in de parkeerstand, zie afbeelding 13. Zet
de pen van de aansluitinrichting in de hefstand.
Attentie! Gebruik altijd de steunpoten wanneer de rolbezem niet
in gebruik is, omdat de bezem anders kan vervormen.
2. Zet de rolbezem voorzichtig op de grond, maak de hem los
van de drager en rij een stukje achteruit.
3. Laat het hek van de rolbezem met de hefcilinder naar de laag-
ste stand zakken.
Waarschuwing!
Let erop dat het systeem geen druk heeft
wanneer de snelkoppelingen worden
losgemaakt.
4. Maak de snelkoppelingen en evt. de bedrading los.
10. Rolbezem met gelijkmatige bodemdruk
11. Rolbezem achterover gekanteld
12. Rolbezem voorover gekanteld
13. Steunpoten in parkeerstand