BINDEN
Binden is het proces waarbij een zenderspecifiek signaal (GUID) aan de ontvanger wordt overgedragen. U moet
de ontvanger opnieuw binden, wanneer de modelprogrammering compleet is uitgevoerd, zodat de Failsafe-
instellingen overgenomen kunnen worden.
Het bindproces met gebruik van een ontvangeraccu
1.
Breng de gasknuppel naar de laagste positie en overtuig u ervan, dat de zender uitgeschakeld is.
2.
Steek de bindstekker in de BIND/DATA poort.
3.
Sluit de ontvangeraccu aan op een willekeurige andere servo-aansluiting van de ontvanger .
4.
Schakel de zender in, terwijl u de bindknop ingedrukt houdt.
5.
Laat de bindknop los, wanneer de ontvanger LED niet meer snel knippert en de LED constant brandt. Dit
geeft aan dat de binding succesvol was. Op het display ziet u informatie over het binden.
6.
Verwijder de bindstekker uit de ontvanger.
Het bindproces met gebruik van een regelaar/ESC
1.
Breng de gasknuppel naar de laagste positie en overtuig u ervan, dat de zender uitgeschakeld is.
2.
Steek de bindstekker in de BIND/DATA poort.
3.
Verbind de regelaar met de THRO aansluiting van de ontvanger.
4.
Verbind de accu met de regelaar en schakel de regelaar - indien mogelijk - in. De ontvanger LED gaat
snel knipperen wanneer de ontvanger klaar is om te binden.
5.
Schakel de zender in, terwijl u de bindknop ingedrukt houdt.
6.
Laat de bindknop los, wanneer de ontvanger LED niet meer snel knippert en de LED constant brandt. Dit
geeft aan dat de binding succesvol was. Op het display ziet u informatie over het binden.
7.
Verwijder de bindstekker uit de ontvanger.
58