5.3. Koppeling
Wanneer uw railsysteem is voorzien van een XY-systeem, kunt u de
bewegende rail aan de rest van het traject koppelen. U doet dit met
een Koppeling (Figuur 15, pagina 23).
1. Schuif de bewegende rail gelijk met de vaste rail.
2. Rijdt de tillift rustig richting de koppeling totdat de
statusverlichting (1) rood brandt.
3. Na 1 seconde maakt de Koppeling automatisch een
verbinding tussen de bewegende en vaste rail.
4. Bij een verbinding brandt de statusverlichting (1) groen.
5. U kunt nu veilig de bewegende rail verlaten.
Figuur 15, Koppeling
Wanneer u met de tillift weer van de vaste rail in de bewegende rail
rijdt, wordt de Koppeling automatisch ontkoppeld en kunt u het
XY-systeem weer gebruiken.
Behoud tijdens Draai, Wissel en Koppelmomenten een veilige
afstand. Zo beschermt u de bewegende delen. De afstand is
afhankelijk van de instelling gedaan door uw distributeur.
Verplaats de bewegende rail alleen als de tillift zich in de
bewegende rail bevindt.
Er mag zich niet meer dan één tillift tegelijk in een XY-systeem
bevinden.
24