(SMARTLINK)
Een videorecorder aansluiten:
Raadpleeg om een videorecorder aan te sluiten het hoofstuk "De antenne en de videorecorder
aansluiten" op bladzijde 8 van deze handleiding. Het wordt aanbevolen de videorecorder met
de scartkabel op de euroscart aan te sluiten. Als u deze kabel niet hebt dan kunt u het
videosignaal op het TV programmanummer "0" afstemmen met behulp van de optie
"Handmatig programmeren". (raadpleeg voor nadere gegevens over het handmatig afstemmen
bladzijde 22, stap A).
Raadpleeg eveneens de gebruiksaanwijzing van uw videorecorder om erachter te komen hoe u
het uitgangskanaal van uw videorecorder vindt.
Een videorecorder aansluiten die over SmartLink beschikt:
SmartLink is een verbinding tussen de TV en de videorecorder. Raadpleeg de handleiding
van uw videorecorder als u meer wilt weten over SmartLink.
Heeft u een videorecorder die over SmartLink beschikt, gebruik dan een euroscart kabel
en sluit deze op de euroscart
Indien u een decoder of een videorecorder via de euroscart
op een daarop aangesloten video heeft verbonden:
Selecteer de optie "Handmatig programmeren" in het menu "Instellingen" en selecteer "Aan"
in de optie "Decoder*"(met behulp van
kanaal.
* Of deze optie verschijnt is afhankelijk van het land dat u in het menu "Taal/Land" heeft
gekozen.
Een externe audio-installatie aansluiten:
Wilt u van het televisiegeluid genieten via de luidsprekers van uw muziekinstallatie, sluit deze
dan op de audio-uitgang F aan. Selecteer vervolgens met behulp van het menusysteem het
menu "Kenmerken". Zet de "TV speakers" op Uit".
Voor een sub-woofer
Sluit uw sub-woofer op het 5 W/G/W/G uitgangscontact I aan met behulp van een
monaurale audiokabel.
R/D/D/D L/G/S/I
R/D/D/D L/G/S/I
R/D/D/D
L/G/S/I
Y/G
P
C
B P
C
R HD
VD
B/
B/
R/
R/
3/
S
of van
CTRL S
AC IN
(W/G/W/G)
aan B.
). Herhaal deze optie voor elk gecodeerd
Om vervorming van
het beeld te
voorkomen, niet
tegelijkertijd
apparatuur
aansluiten op de D
en E aansluitingen.
3/
of
S
Aanvullende informatie
NL
29