Onderhoud en verzorging
Luchtfilter reinigen
Brandstoffilter vervangen
Afstelling van de carburateur
U MAG HET STATIONAIR TOERENTAL ALLEEN AANPASSEN door te draaien aan de stelschroef van het stationair
toerental (T).
Tijdens het afstellen van de carburateur kan het maaiaccessoire bewegen. Wees zeer voorzichtig en let op het maai-
accessoire, zodat u zich niet verwondt aan het bewegende snijblad.
Wanneer de carburateur is afgesteld, dient het maaiaccessoire niet te bewegen bij een stationair toerental, anders
kan dit leiden tot ernstig lichamelijk letsel.
Behalve het stationair toerental, mag u GEEN andere carburateur-gerelateerde afstellingen uitvoeren. Alle andere af-
stellingen MOETEN worden uitgevoerd door een bevoegde service dealer, anders kan dit leiden tot ernstig lichame-
lijk letsel vanwege een defecte motor.
Neem bij problemen met de carburateur contact op met een bevoegde service dealer.
1.
Sluit de choke. Draai de schroef los en verwijder het luchtfil-
terdeksel (A).
2.
Verwijder het luchtfilter (B) (het luchtfilter bevindt zich in het
luchtfilterdeksel).
3.
Borstel het vuil van het filter of reinig het filter met perslucht.
4.
Plaats het oliefilter terug.
5.
Plaats het deksel weer en draai de schroef vast.
1.
Verwijder het brandstoffilter (A) via de vulopening van de
brandstoftank met behulp van een stuk staaldraad of iets
dergelijks.
2.
Trek het oude filter uit de brandstofleiding (B).
3.
Installeer een nieuw brandstoffilter.
Vervang het filter als dit overmatig vuil is of niet meer goed
past.
WAARSCHUWING
LET OP
Elke machine wordt in de fabriek getest en de carburateur wordt
goed afgesteld voor een maximale prestatie.
Reinig of vervang het luchtfilter, start de motor en laat deze ge-
durende enkele minuten op bedrijfstemperatuur komen voordat u
de carburateur afstelt.
De motor moet terugkeren naar het stationair toerental zodra de
gashendel wordt losgelaten. Het stationair toerental is instelbaar
en moet laag genoeg zijn om het maaiaccessoire uit te laten
schakelen door de motorkoppeling.
Ga als volgt te werk om de carburateur af te stellen:
1.
Plaats het apparaat op de grond en start de motor. Laat het
2-3 minuten stationair draaien totdat het warm is.
2.
Als het accessoire beweegt bij stationair motortoerental, ver-
laagt u dit door linksom aan de stelschroef van het stationair
toerental (T) te draaien.
3.
Herhaal de procedure van accelereren naar volgas en terug-
keren naar stationair enkele keren. Controleer of het maai-
accessoire stopt met bewegen bij stationair toerental.
4.
Indien er een toerenteller beschikbaar is, dient het stationai-
re motortoerental te worden afgesteld volgens de aanbevo-
20
OPMERKING