13. FUNCTIES VOOR HET
AANPASSEN VAN HET
VERMOGEN
Dit product is voorzien van een elektro-
nisch bestuurde vermogensregelings-
functie.
Deze functie regelt de afgifte van het
maximale vermogen van 3700 W over
de gecombineerde kookzones (linker-
kant en rechterkant), optimaliseert de
verdeling van het vermogen en voor-
komt situaties voor overbelasting van
het systeem.
Daarom wordt het totale vermogen con-
tinu bewaakt en zo nodig verminderd.
Als het gewenste totale vermogen niet
kan worden geleverd, vermindert een
controle-element standaard het vermo-
gen van een ander kookelement naar
een stand net eronder op de desbetref-
fende
vermogenscurve,
stroomopname van 16 A niet wordt
overschreden.
In dit geval detecteert de generator de
laatste bediening met de hoogste priori-
teit die door de gebruikersinterface is
verzonden en vermindert zo nodig de
eerder geactiveerde instellingen voor
een ander kookelement.
De vermogensregelingsfunctie wordt in
eerste instantie ook geactiveerd als een
pan op het kookelement wordt gedetec-
teerd.
Bijvoorbeeld:
Als voor kookzone 1 het extra vermo-
gensniveau (boost) (P) is geselecteerd,
kan kookzone 2 niet tegelijkertijd het
vermogensniveau 9 overschrijden en
wordt deze automatisch beperkt."
14. GIDS VOOR HET
GEBRUIK VAN DE
PANNEN
Welke pannen zijn geschikt?
Gebruik alleen pannen met een ferro-
magnetische bodem die geschikt zijn
voor gebruik op inductiekookplaten:
72
• gietijzer
• geëmailleerd staal
• koolstofstaal
• roestvrij staal (ook niet volledig roest-
vrij)
• aluminium
coating of bodem met ferromagneti-
sche plaat
Controleer of het symbool
is (meestal op de onderkant gedrukt)
om na te gaan of de pan geschikt is. U
kunt ook een magneet in de buurt van
de bodem van de pan plaatsen. Als de-
ze blijft zitten, betekent dit dat de pan
kan worden gebruikt op een inductie-
kookplaat.
Gebruik voor een optimaal rendement
altijd pannen met een vlakke bodem die
de warmte gelijkmatig kan verdelen.
Een bodem die niet perfect vlak is, kan
de geleiding van het vermogen en de
zodat
de
warmte beïnvloeden.
Hoe moeten de pannen worden ge-
bruikt?
Minimale diameter van de pan/koeken-
pan voor de verschillende kookzones.
Voor een goede werking van de kook-
plaat moet de pan een of meer van de
op de kookplaat aangegeven referentie-
punten bedekken en een geschikte mi-
nimale diameter hebben.
Gebruik altijd de kookzone die het beste
past bij de diameter van de bodem van
de pan.
Gecombineerd links/
Enkel links/rechts
Lege pannen/koekenpannen of pan-
nen met een dunne bodem
Gebruik geen lege pannen/koekenpan-
nen of pannen met een dunne bodem
op de kookplaat, omdat u dan de tempe-
ratuur niet kunt regelen of de kookzone
niet automatisch kunt uitschakelen als
de temperatuur te hoog is, met het risico
met
Kookzone
Diameter van de bodem van de pan
Ø min. (aanbevo-
len)
190 mm
rechts
110 mm
ferromagnetische
aanwezig
Ø max (aanbevo-
len)
230 mm
190 mm