Inhoudsopgave
Advertenties
7. STORINGEN VERHELPEN
7.
Storingen verhelpen
9007199319665547
Om bij storingen snelle en directe hulp te bieden, vindt u in dit hoofdstuk de meest voor-
komende storingen met de oorzaak en de hulp door geschikt vakpersoneel.
Bij het hanteren of gebruiken van het filteraggregaat/de filterbehuizing kunnen de
volgende storingen optreden:
NL
Storing
Geen doorstroming
Filterelement vuil
(De vervuilingsindicatie
springt aan)
Ondichtheid/lekkage
aan de filterbehuizing/
aan de filterpatroon
Oorzaak (oorzaken)
Het filteraggregaat is in
de verkeerde doorstro-
omrichting gemon-
teerd.
In de zuigleiding en de
pomp zitten er lucht of
luchtbellen.
De toegelaten visco-
siteit < 200 mm²/s is
overschreden of de
pomp is niet voor-
gevuld.
De vloeistof is sterk
vervuild. De capaciteit
van het filterelement is
bereikt.
De viscositeit van de
bedrijfsvloeistof is te
hoog.
De aftapschroef op de
filterbehuizing of de
spanklem op de filter-
behuizing zit los.
32 / 52
Oplossing
Controleer of de pomp
wel in de richting van
de pijlmarkering aan de
behuizing transpor-
teert. Vervang indien
nodig twee fasen van
de elektrische voeding.
Als het aggregaat ook
na ≈ 5 minuten nog
geen vloeistof trans-
porteert, vul de pomp
dan via de zuigleiding.
In dit viscositeitsbereik
heeft de pomp
≈ 10 minuten nodig om
de maximale volu-
mestroom te bereiken.
Vervang het filtere-
lement.
Wacht tot de olie door
het pompen van de
vloeistof in de pomp
(drukbegrenzings-
ventiel geopend) wordt
verwarmd en het
normale pompbedrijf
begint.
Trek de moer van de
spanklem met het
desbetreffende
aanhaalmoment aan.
Een Spin-On-filterpa-
troon moet stevig
worden vastgedraaid.
Vervang indien nodig
de dichting van de
filterpatroon.
3573893c / 2024-05
Advertenties
Inhoudsopgave
