OPMERKING:
Het wordt aanbevolen om de computer uit te schakelen als deze is ingeschakeld.
In het eenmalige F12-opstartmenu staan de apparaten waar het systeem vanaf kan opstarten en de opties voor diagnostiek. De opties van
het opstartmenu zijn:
● Verwijderbare schijf (mits beschikbaar)
● STXXXX-schijf (indien beschikbaar)
OPMERKING:
XXX staat voor het nummer van de SATA-schijf.
● Optisch station (mits beschikbaar)
● SATA-harde schijf (indien beschikbaar)
● Diagnostiek
In het scherm voor de opstartvolgorde wordt ook de optie weergegeven voor het openen van de systeeminstallatie.
Geavanceerde instellingsopties weergeven
Over deze taak
Sommige BIOS-installatieopties zijn alleen zichtbaar door de modus Geavanceerde instellingen in te schakelen, die standaard is
uitgeschakeld.
OPMERKING:
BIOS-installatieopties, inclusief Geavanceerde instellingsopties, worden beschreven in
Systeeminstallatie.
Geavanceerde instellingen inschakelen
Stappen
1. Ga naar BIOS-installatie.
Het menu Overzicht wordt weergegeven.
2. Klik op de optie Geavanceerde instellingen om deze naar de AAN-modus te verplaatsen.
Geavanceerde BIOS-instellingen zijn zichtbaar.
Serviceopties weergeven
Over deze taak
De serviceopties zijn standaard verborgen en alleen zichtbaar door een sneltoetscombinatie in te voeren.
OPMERKING:
De serviceopties worden beschreven in
De serviceopties weergeven:
Stappen
1. Ga naar BIOS-installatie.
Het menu Overzicht wordt weergegeven.
2. Gebruik de sneltoetscombinatie Ctrl + Alt + S om de serviceopties weer te geven.
De Serviceopties zijn zichtbaar.
Opties voor System Setup
OPMERKING:
Voor de meeste Systeeminstallatie-opties geldt dat de door u aangebrachte wijzigingen wel worden opgeslagen, maar
pas nadat het systeem opnieuw is opgestart van kracht worden.
OPMERKING:
Welke onderdelen in dit gedeelte worden vermeld, is afhankelijk van uw computer en de geïnstalleerde apparaten.
Opties voor
Systeeminstallatie.
Opties voor
BIOS-instellingen
129