Download Print deze pagina

hager REA1 X Series Handleiding pagina 3

Advertenties

Belmelodieën kiezen en toekennen
Er kan worden gekozen uit 16 belmelodieën.
Voor deur-, etage- en interne oproepen kunnen
individuele belmelodieën worden toegekend. De
melodie voor het laatst oproepende station of de
aangesloten etagetoets wordt altijd ingesteld. Voor
etage- en interne oproepen is al een eigen melodie
ingesteld, die kan worden veranderd.
Het binnenstation is in de standby-modus.
z De toetsen
+
tegelijk gedurende 3 se-
conden ingedrukt houden.
De instelmodus wordt geactiveerd met een
bevestigingsgeluid.
z Toets
indrukken.
De actuele belmelodie klinkt.
z Met
/
andere belmelodieën beluisteren,
tot de gewenste melodie klinkt.
z Met toets
de belmelodie toekennen.
De instelmodus is beëindigd.
Daarna kan een andere oproep worden ge-
P
daan, bijvoorbeeld een etage-oproep, en kan
daaraan volgens dezelfde procedure een eigen
belmelodie worden toegekend.
Volume belmelodie verhogen/verlagen
Het volume van de beltoon is instelbaar in 3
niveaus.
Het binnenstation is in de standby-modus.
z De toetsen
+
tegelijk gedurende 3 se-
conden ingedrukt houden.
De instelmodus wordt geactiveerd met een
bevestigingsgeluid.
z Toets
indrukken.
De actuele belmelodie klinkt.
z Met
/
het volume van de belmelodie
stapsgewijs instellen.
z Met de toets
de instelling opslaan en de
Instelmodus beëindigen.
3
Elcom Kommunikation GmbH - Gottfried-Leibniz-Str. 1 - D-74172 Neckarsulm - www.hager.com
Informatie voor de elektrotechnische
installateur
Adressering en voorinstelling
Apparaatadressering en instelling van de modus
moet al voor de montage via draai- en DIP-schake-
laars aan de achterzijde van het apparaat (afb. 4)
worden uitgevoerd.
(6)
(5)
Afb. 4: achteraanzicht
(5) Adresseerdraaischakelaar (zwart) voor
groepsadres
(6) Adresseerdraaischakelaar (blauw) voor deel-
nemeradres
(7) DIP-schakelaar voor modus
Apparaat adresseren
Via de adresseerdraaischakelaar (5), (6) kan het
binnenstation snel en eenvoudig worden geadres-
seerd. Het in te stellen adres is 2-cijferig, bestaan-
de uit groepsadres en deelnemeradres. Deze moet
identiek zijn aan het adres van de bijbehorende
oproeptoets op het deurstation. Afb. 5 toont de
opbouw van het adres als voorbeeld:
[0 ... F]
(6)
(5)
[0 ... F]
Afb. 5: voorbeeldadres „1/E"
z Op de zwarte draaischakelaar (5) het groeps-
adres [0 ... F] instellen.
z Op de blauwe draaischakelaar (6) het deelne-
meradres [0 ... F] instellen.
Er mogen maximaal 3 binnenstations met iden-
P
tieke adresinstelling voor het parallelbedrijf zijn
geïnstalleerd.
Bij deurstations met automatische oproeptoets-
P
adressering zie ook de gebruiksaanwijzing van
het deurstation. Bij deurstations met drukkno-
pinterface/expander zie de gebruiksaanwijzing
van de interface.
Bedrijfsmodi instellen
z De DIP-schakelaar voor bedrijfsmodi (7) con-
form tabel 2 instellen.
Functie (fabrieksinstelling = OFF)
Schake-
laars
OFF
Vrij spreken modus: automat. Halfduplex,
via sprekentoets omschakelbaar naar Push-to-
Talk
1
ON
Push-to-talk: handmatige halfduplex vrij spre-
kenmodus, permanent ingesteld
OFF
Etage-oproep doorverbinden geblokkeerd
ON
Etage-oproep doorverbinden aan maximaal
2
2 hetzelfde geadresseerde binnenstations in
dezelfde lijn
OFF
Functie interne oproep uitgeschakeld
(7)
3
ON
Functie interne oproep ingeschakeld
(zie toepassing 3)
OFF
Normaal bedrijf, geen parallelle oproep naar
deelnemeradres 0
4
ON
Parallelle oproep naar deelnemeradres 0 bij
identiek groepsadres
Tabel 2: instellingen DIP-schakelaar
Montage en elektrische aansluiting
Voor het bedraden moet de draagplaat (3) op de
wand worden gemonteerd.
Draagplaat monteren
2-draads buskabel en indien nodig de aansluitka-
bel van de etagetoets zijn naar de inbouwplaats
geïnstalleerd.
Aanbevolen montagehoogte: 1,5 m.
P
z Verstevigingselement (8) op de breukplaats van
de draagplaat afbreken.
Bij montage op apparatuurdoos (afb. 6):
z Verstevigingselement (8) op de apparatuurdoos
plaatsen, zodat het gladde oppervlak naar
voren wijst en de buitenste bevestigingsankers
(9) op de schroefverbindingen van de appara-
tuurdoos liggen.
z Verstevigingselement met 2 schroeven voorin-
stellen.
(9)
(8)
Afb. 6: montage op apparatuurdoos
(8) Verstevigingselement
(9) Bevestigingsanker
(10) Opening voor kabeldoorvoer
Bij opbouwmontage zonder apparatuurdoos:
z Met draagplaat (3) de bevestigingsgaten mar-
keren. Let op de uitlijnmarkering.
z Bevestigingsgaten boren en pluggen plaatsen.
Bij beide montagewijzen:
z Gestripte 2-draads buskabel door de middelste
opening (10) van de draagplaat leiden.
z Aansluitkabel van de bijbehorende etagetoets
ook invoeren.
z Draagplaat (3) met minimaal 2 schroeven aan
de wand of op de apparatuurdoos monteren.
Let op de uitlijnmarkering.
(10)
(3)
09/2015 - 6LE000711B

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Rea s series