Montagehandleiding - Audi achteruitrijcamera
Uitgave 01
De in deze montagehandleiding omschreven werkzaamheden aan het voertuig kunnen mogelijk afwijken als
gevolg van modelwijzigingen. Zo kunnen bijvoorbeeld wijzigingen in stekkerverbindingen, kabelkleuren of
montageposities niet worden uitgesloten. Raadpleeg daarom ook altijd het actuele elektrische schema of de
actuele reparatiehandleiding van het voertuig.
Technische wijzigingen voorbehouden.
1.3
Reparatieaanwijzingen
1.3.1 Contactcorrosie
Contactcorrosie kan ontstaan als niet geschikte verbindingselementen (schroeven, moeren, onderlegringen)
gebruikt worden.
Daarom worden alleen verbindingselementen met een speciale oppervlaktecoating gebruikt.
Verder bestaan rubberen of kunststof onderdelen en hechtmiddelen uit niet-elektrisch geleidende materialen.
Als u twijfelt aan de geschiktheid van onderdelen, kies dan voor nieuwe onderdelen ⇒ Elektronische onder-
delencatalogus.
Let daarbij op het volgende:
◆ Wij adviseren alleen originele reserve-onderdelen te gebruiken. Deze zijn getest en kunnen probleemloos
gebruikt worden in combinatie met aluminium.
◆ Wij adviseren het gebruik van Audi-accessoires.
◆ Schade door contactcorrosie valt niet onder de garantie.
1.3.2 Kabelbundel verplaatsen en bevestigen
VOORZICHTIG
Functiebeperking van de airbag door incorrecte verplaatsing van kabels beschadigingen aan ka-
bels.
– De veiligheidsvoorschriften voor pyrotechnische onderdelen in acht nemen (zie rep.-gr. 69).
– Tijdens de montage mag de airbag niet worden ingeklemd.
– Kabelbundel voor montage achteraf achter de airbag leggen en op de juiste wijze bevestigen.
– Vanwege de beperkte beschikbare ruimte dient u in de binnenruimte te letten op voldoende
vrije ruimte voor alle bewegende onderdelen.
2
1 Aanwijzingen