Pagina 1
HYBRIDE PRINTER HSP7000 SERIES Hardwarehandleiding...
Pagina 2
EU Declaration of Conformity Konformitätserklärung Déclaration de conformité Declaración de conformidad Dichiarazione di conformità Verklaring van conformiteit Izjava o sukladnosti Izjava o skladnosti Prohlášení o shodě Uyumluluk Beyanı Megfelelőségi nyilatkozat Overensstemmelseserklæring Försäkran om överensstämmelse Vaatimuksenmukaisuusvakuutus Konformitetserklæring Declaração de Conformidade Δήλωση συμμόρφωσης Deklaracja zgodności Vyhlásenie o zhode Vastavusdeklaratsioon...
Pagina 3
• De inhoud van deze handleiding kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. • Tot het ter perse gaan van deze handleiding is al het mogelijke gedaan om de juistheid van de inhoud hiervan te waarborgen. Mochten er desondanks fouten in voorkomen, stelt STAR het op prijs hierover te worden geïnfor- meerd.
INHOUDSOPGAVE 1. Uitpakken en installeren ..........................1 1-1. Uitpakken .............................1 1-2. Een geschikte plaats kiezen voor de printer .................2 1-3. Beschermmateriaal verwijderen ....................3 2. Onderdelen en benamingen ........................4 3. Installeren ..............................5 3-1. Interfacekabel verbinden met de pc .....................5 3-2. Interfacekabel verbinden met de printer ..................7 3-3.
Pagina 5
10. Specificaties ............................49 10-1. Algemene specificaties .......................49 10-2. Specificaties afsnijmechanisme ....................50 10-3. MICR-specificaties ........................50 10-4. Externe specificaties ........................51 10-5. Interfacespecificaties ........................52 10-6. Voedingsspecificaties .........................53 10-7. Omgeving ...........................54 10-8. Betrouwbaarheid ........................55 11. Stand van de DIP-schakelaars ......................57 11-1. Model met parallelle interface ....................58 11-2. Model met RS-232C-interface ....................59 11-3. Model met USB-/PoweredUSB-interface ..................61 11-4.
1. Uitpakken en installeren 1-1. Uitpakken Controleer na het uitpakken van de unit of alle benodigde accessoires zijn meegeleverd. Thermisch Afdekplaatje papier op rol schakelaar Papiergeleider CD-ROM Afdekplaatje connectors Installatieblad Lint Printer Opmerking Opmerking: Welke ferrietkern en bevestigingsstrip met uw printer worden meegeleverd, hangt af van uw printerconfiguratie.
1-2. Een geschikte plaats kiezen voor de printer Denk voordat u met uitpakken begint even rustig na over de plaats waar de printer ge- bruikt zal worden. Houd daarbij rekening met de volgende punten. P Kies een stevig en effen oppervlak waar de printer niet blootstaat aan trillingen. P Het stopcontact dat u wilt gebruiken moet zich dicht bij de printer bevinden en gemak- kelijk bereikbaar zijn.
1-3. Beschermmateriaal verwijderen Op vier plaatsen is beschermmateriaal in de printer aangebracht om bepaalde printeronderdelen te beschermen tijdens het transport. Voordat u de printer in gebruik neemt, moet u al het beschermmateriaal verwijderen zoals afgebeeld. (1) Verwijder de drie stukken tape en trek de twee beschermvellen naar buiten. (2) Open de kap aan de voorzijde.
2. Onderdelen en benamingen Kap achterzijde Sleuf voor validaties Openen om de papierrol te vervangen. Hier papier in steken. Niet openen tijdens het afdrukken. Kap voorzijde Openen om het lint te vervangen. Niet openen tijdens het afdrukken. Hendel voor openen printerkap Druk deze hendel in de richting van de pijl om de kap aan de achterzijde Bedieningspaneel...
3. Installeren 3-1. Interfacekabel verbinden met de pc LET OP De optionele USB-, PoweredUSB- en LAN-kabels zijn specifiek voor dit apparaat (HSP7000) ontworpen. Andere USB-, PoweredUSB- en LAN-kabels voldoen mogelijk niet aan de technische normen betreffende elektromagnetische compatibiliteit. 3-1-1. Parallelle kabel Sluit de parallelle kabel aan op een parallelle poort van de pc.
Pagina 11
Bevestig de ferrietkern aan de PoweredUSB-interfacekabel en sluit de kabel vervolgens aan op een PoweredUSB-poort van uw pc. Optie: POWERED USB-KABEL 1X8LNL 1,2 M (artikelnr.: 30729130) Door Star aanbevolen PCI-kaart: PCI naar 4-poorts PoweredUSB-kaart (Model: 301-1150-01; fabrikant: Digi) Maximaal 3,5 cm Aantrekken en afknippen 3-1-5.
3-2. Interfacekabel verbinden met de printer De interfacekabel is niet meegeleverd. Gebruik een kabel die aan de specificaties voldoet. LET OP De optionele USB-, PoweredUSB- en LAN-kabels zijn specifiek voor dit apparaat (HSP7000) ontworpen. Andere USB-, PoweredUSB- en LAN-kabels voldoen mogelijk niet aan de technische normen betreffende elektromagnetische compatibiliteit. Voordat u een interfacekabel aansluit of losmaakt (behalve bij gebruik van een PoweredUSB- kabel), moet u de stekker van de netadapter uit het stopcontact trekken.
Pagina 13
3-2-2. Seriële kabel (RS-232C) (1) Schakel de printer uit. LET OP Voordat u de interfacekabel aansluit of losmaakt, zet Seriële kabel (RS-232C) u de printer en alle apparatuur die op de printer is aangesloten, uit. Maak ook de voedingskabel los. (2) Sluit de interfacekabel vervolgens aan op de con- nector in het achterpaneel van de printer.
Pagina 14
3-2-4. PoweredUSB-kabel (1) Schakel de printer uit. (2) Als een netadapter wordt gebruikt, moet u de stekker daarvan uit het stopcontact trekken en vervolgens de adapterkabel uit de printer trekken. LET OP Als u een PoweredUSB-kabel gebruikt, mag u de netadapter niet aansluiten. Dit kan een storing veroorzaken.
3-2-5. Ethernet-interfacekabel aansluiten Om het apparaat te beschermen tegen elektromagnetische storing moet u de twee bijgeleverde ferrietkernen rond de kabel bevestigen: één aan de kant van de printer en één aan de kant van de router (hub). Volg de instructies hierna. Optie: LAN-kabel 1,0 m TSP1E (artikelnr.: 30729200) (1) Schakel de printer uit.
3-3. Printersoftware installeren Hieronder vindt u de procedure voor het installeren van het stuurprogramma en de hulpprogram- ma’s van de printer. U vindt deze programma’s op de meegeleverde CD-ROM. De procedure geldt voor de Windows-besturingssystemen die hieronder staan aangegeven. Voor Macintosh en Linux raadpleegt u de softwarehandleiding in de map Mac of Linux op de CD-ROM.
3-4. Voor het aansluiten van de apart verkrijgbare netadapter Opmerking: Als u de netadapter gaat aansluiten of verwijderen, moet u eerst de voeding van de printer en alle daarop aangesloten apparaten uitschakelen. Haal ook de voedingskabel uit het stopcontact. (1) Sluit de voedingskabel op de netadapter aan. Opmerking: De optionele netadapter is specifiek voor dit apparaat (HSP7000) ontworpen.
3-5. Inschakelen Zorg ervoor dat de voedingskabel is aangesloten zoals beschreven in 3-4. Druk op de voedingsschakelaar op de voorzijde van de printer. Het voedingslampje op het bedieningspaneel gaat branden. Voedingsschakelaar LET OP Het verdient aanbeveling de stekker uit het stopcontact te trekken als u de printer langere tijd niet gaat gebruiken.
3-6. Afdekplaatje over de schakelaar bevestigen Het is niet noodzakelijk het afdekplaatje te bevestigen. Breng het plaatje alleen aan als dit nodig is. Door het afdekplaatje aan te brengen voorkomt u dat: • de printer per ongeluk wordt in- of uitgeschakeld •...
3-7. Verbinden met een randapparaat U kunt met behulp van een modulaire plug een randapparaat aansluiten. Zie “15. Randapparatuur aansluiten” voor meer informatie over het type modulaire plug dat moet worden gebruikt. Modulaire pluggen en kabels worden niet meegeleverd met de printer. Het is daarom aan u om een geschikte plug en/of kabel aan te schaffen.
3-8. Afdekplaatje over de connectors bevestigen Het is niet noodzakelijk het afdekplaatje te bevestigen. Breng het plaatje alleen aan als dit nodig is. Plaats het afdekplaatje zoals in onderstaande afbeelding over de connectors. (1) Plaats de printer zoals hieronder afgebeeld. (2) Breng het plaatje aan door de uitstekende delen ervan in de daarvoor bestemde uitsparingen in de printerbehuizing te steken.
4. Lint en papier plaatsen 4-1. Lint plaatsen (1) Schakel de printer uit. (2) Open de kap aan de voorzijde door de kap aan de lipjes (aan weerszijden van de kap) omhoog te trekken. Belangrijk! 1. Raak de printkop niet aan net na het afdrukken. De printkop kan zeer warm worden.
4-2. Papierrol plaatsen 4-2-1. Papierrollen van 79,5 mm breed gebruiken Gebruik alleen papierrollen die voldoen aan de printerspecificaties. Voor papierrollen van 57,5 mm breed moet de papiergeleider worden geplaatst; zie hiervoor de volgende pagina. Hendel voor openen (1) Druk op de hendel van de printerkap en open de printerkap printerkap.
Pagina 24
4-2-2. Papierrollen van 57,5/75,5 mm breed gebruiken Wanneer u een papierrol van 57,5 of 75,5 mm breed wilt gebruiken, moet u de bijgeleverde papiergeleider in de printer bevestigen. Als u de effectieve afdrukbreedte (papierrolbreedte) wilt wijzigen, moet u deze instelling aan- passen met het configuratieprogramma voor de geheugenschakelaars. Raadpleeg de software- handleiding in de map “Documents” op de CD-ROM voor meer informatie over het instellen van geheugenschakelaars.
4-3. Slip- of validatiepapier laden Voordat u afdrukt, moet er een lint in de printer zijn geïnstalleerd. (Zie "4-1. Lint plaatsen" voor meer informatie.) Plaats het papier als volgt: (1) Schakel de printer in. (2) Plaats het papier in de printer zoals afgebeeld. U bevindt zich voor de printer en steekt het papier goed recht in het apparaat.
4-4. MICR-tekens scannen De richting waarin MICR-papier in het apparaat moet worden geplaatst, verschilt per model. HSP7543 (geen scankop voor MICR): MICR-tekens kunnen niet worden gescand. HSP7643 (scankop voor MICR geïnstalleerd aan bovenzijde): Plaats het MICR-papier met de MICR-tekens naar boven. HSP7743 (scankop voor MICR geïnstalleerd aan onderzijde): Plaats het MICR-papier met de MICR-tekens naar onder.
Opmerkingen: 1) Wanneer u MICR-tekens wilt scannen, mag u de printer niet in de buurt van appara- ten plaatsen die een magnetisch veld produceren of in een omgeving waar de printer is blootgesteld aan schokken of trillingen. Als u dit wel doet, kan het scanresultaat tegenvallen.
LET OP Het verdient aanbeveling de stekker uit het stopcontact te trekken als u de printer langere tijd niet gaat gebruiken. Zorg er daarom voor dat er zich een goed bereikbaar stopcontact in de buurt van de printer bevindt. Als de spanning op het label aan de onderzijde van de printer niet overeenkomt met de spanning van het stopcontact, neem dan onmiddellijk contact op met uw leverancier.
5. Verbruiksartikelen en netadapter Gebruik papier dat aan de specificaties voldoet. 5-1. Thermisch papier op rol 5-1-1. Specificaties voor de papierrol (1) Dikte: Normaal papier 65~85 µm (uitgezonderd Mitsubishi HiTec F5041) Labelpapier 65~150 µm (snijblad niet ondersteund) (2) Breedte: Algemeen thermisch papier 79,5 ± 0,5 mm (57,5 ± 0,5 mm/75,5 ± 0,5 mm bij gebruik van papierrolhou- der) Labelpapier...
5-2. Slips 5-2-1. Specificaties (1) Breedte: 68 ~ 230 mm (2) Lengte: 75 ~ 297 mm (3) Aantal kopieën: origineel + 3 kopieën (4) Totale dikte: 1 vel 0,09 ~ 0,15 mm (max. A4 staand) 0,09 ~ 0,20 mm (max. A6 staand) 4 vellen 0,09 ~ 0,31 mm (5) Verschuiven van kopieën: 1,5 mm of minder per 15 regels (tussen origineel en onderste vel)
6-2. Fouten (1) Automatisch herstelbare fouten Foutbeschrijving Voedingslampje Storingslampje Papierlampje Sliplampje Voorwaarden voor herstel (POWER) (ERROR) (PAPER (SLIP) OUT) Fout hoge tempera- Knippert met Automatisch herstel nadat de tuur thermische kop een interval thermische kop is afgekoeld. gedetecteerd van 2 secon- Fout hoge tempera- Knippert met Automatisch herstel nadat de...
Pagina 35
2) Onherstelbare fouten Foutbeschrijving Voedingslampje Storingslampje Papierlampje Sliplampje Voorwaarden voor herstel (POWER) (ERROR) (PAPER (SLIP) OUT) Fout RAM K n i p p e r t K n i p p e r t K n i p p e r t Deze fout kan niet worden met een in- met een in-...
6-3. Het afdrukken van de printergegevens 6-3-1. Proefafdruk maken • Thermisch papier op rol (1) Plaats een rol met thermisch papier in de printer. (2) Sluit de kap aan de achterzijde en schakel de printer in terwijl u de knop FEED inge- drukt houdt.
Pagina 37
6-3-2. Hexadecimale dump (1) Plaats de rol met thermisch papier in de printer. Open de kap aan de achterzijde, schakel de printer in en houd de doorvoerknop inge- drukt. (2) Wanneer u de kap aan de achterzijde sluit, wordt “*** HEX DUMP PRINTING ***” af- gedrukt en wordt de modus voor de hexadecimale dump geactiveerd.
Pagina 38
6-3-3. Uitlijning van de puntjes (dots) van de impactkop (1) Open de kap aan de voorzijde en schakel de printer in terwijl u de knop RELEASE inge- drukt houdt. (2) Sluit de kap aan de voorzijde en plaats papier in de printer. Vervolgens wordt de tekst “Dot Alignment Adjust Mode”...
Pagina 39
(5) Herhaal stap (4). Bij het nummer van het patroon dat u wilt gebruiken houdt u RELEASE langer ingedrukt (circa 2 seconden), totdat u een langere toon hoort (0,5 seconde). Hiermee hebt u de instelling vastgelegd. Voorbeeld: Als u patroon nummer 4 wilt gebruiken, drukt u driemaal kort op RELEASE. Bij de vierde keer drukken houdt u RELEASE ingedrukt.
6-4. Reinigingsmodus Ga als volgt te werk om de reinigingsmodus te activeren. Zie “9-3. MICR-kop” in “9. Onder- houd” voor meer informatie over het reinigen van de MICR-kop. (1) Sluit de kap aan de achterzijde en schakel de printer in terwijl u de knop FEED en RE- LEASE ingedrukt houdt.
Pagina 41
(5) Verdraai VR1 met een kleine platte schroevendraaier zoals hieronder afgebeeld. Alle lampjes moeten branden: Voedingslampje (POWER, groen: continu aan), storingslampje (ERROR, rood), papierlampje (PAPER OUT, rood) en sliplampje (SLIP, groen). (6) Schakel de printer uit en zet de DIP-schakelaars DIPSW1-4, DIPSW1-5, DIPSW1-6, DIPSW1-7 en DIPSW1-8 terug in de oorspronkelijke stand.
Pagina 42
(5) Verdraai VR2 met een kleine platte schroevendraaier zoals hieronder afgebeeld. Alle lampjes moeten branden: Voedingslampje (POWER, groen: continu aan), storingslampje (ERROR, rood), papierlampje (PAPER OUT, rood) en sliplampje (SLIP, groen). (6) Schakel de printer uit en zet de DIP-schakelaars DIPSW1-4, DIPSW1-5, DIPSW1-6, DIPSW1-7 en DIPSW1-8 terug in de oorspronkelijke stand.
Pagina 43
(6) Schakel de printer uit en zet de DIP-schakelaars DIPSW1-4, DIPSW1-5, DIPSW1-6, DIPSW1-7 en DIPSW1-8 terug in de oorspronkelijke stand. 6-5-4. COF-sensor afstellen (1) Schakel de printer uit. (2) Steek een losse bon in de printer om de status “papier aanwezig” te activeren. Hiertoe opent u de kap aan de voorzijde en plaatst u het papier schuin vanaf de linkerzijde.
Pagina 44
(4) Zet de DIP-schakelaars met een balpen of soortgelijk voorwerp in de volgende stand: DIP- SW1-4 en DIPSW1-5 OFF, DIPSW1-6 ON, DIPSW1-7 OFF en DIPSW1-8 ON. Schakel de printer in. De lampjes op het bedieningspaneel knipperen en de modus voor het afstellen van de sensor wordt geactiveerd.
Pagina 45
(5) Verdraai VR5 met een kleine platte schroevendraaier zoals hieronder afgebeeld. Alle lampjes moeten branden: Voedingslampje (POWER, groen: continu aan), storingslampje (ERROR, rood), papierlampje (PAPER OUT, rood) en sliplampje (SLIP, groen). (6) Schakel de printer uit en zet de DIP-schakelaars DIPSW1-4, DIPSW1-5, DIPSW1-6, DIPSW1-7 en DIPSW1-8 terug in de oorspronkelijke stand.
7. De papiersensor afstellen Ga als volgt te werk om de papiersensor af te stellen op het formaat van de papierrol die u gebruikt. (1) Open de kap aan de achterzijde. (2) Bepaal de diameter van de gebruikte papierrol en zoek de juiste instelling in de tabel op de volgende pagina.
De juiste afstelling hangt af van het papier dat u gebruikt. Papierdikte Papierrol met kern met binnendiameter (µm) van ø12 (A) / buitendiameter ø18 (B) Gedetecteerde dia- Resterende papier- meter (C) (mm) lengte (m) Niveau 1 Niveau 2 Niveau 1 Niveau 2 Ca.
8. Papierstoringen voorkomen en oplossen 8-1. Papierstoringen voorkomen 8-1-1. Papierrol Let er bij het plaatsen van een papierrol op dat u het papier niet scheef naar buiten trekt. Raak de papierrol niet aan tijdens het afdrukken, tijdens het loslaten van het papier of voordat het papier volledig is afgesneden.
Pagina 49
8-2-2. Slips Druk op de knop RELEASE op het bedieningspaneel zodat de printer het papier loslaat. Als u het papier niet kunt verwijderen nadat u op de knop hebt gedrukt, moet u de kap aan de voor- zijde openen, op punt A of B op de achterliggende plaat drukken en het papier zo verwijderen. Thermische kop Waarschuwingsteken Dit teken bevindt zich in de buurt van de printkop voor slips om aan te geven dat...
8-3. Geblokkeerd afsnijmechanisme deblokkeren Als het automatische snijmechanisme blokkeert, schakelt u de printer uit met de voedingsscha- kelaar en schakelt u vervolgens de printer weer in met de voedingsschakelaar. Een geblokkeerd snijmechanisme deblokkeert normaal gezien als u de printer opnieuw start. Volg de onderstaande stappen als de printer opnieuw starten de blokkering van het snijmechanisme niet opheft.
9. Onderhoud Door papierstof en vuil kan de afdruk minder duidelijk worden. U kunt dit probleem voorkomen door regelmatig onderhoud uit te voeren (zoals het papierstof verwijderen uit het papiertransportgedeelte en van de printkop). LET OP Schakel de printer uit (schakelaar op OFF) voordat u onderhoud uitvoert. 9-1.
9-2. Slipprinter Het wordt aangeraden deze reiniging eenmaal per zes maanden of na elke miljoen regels uit te voeren. 9-2-1. Plaat reinigen Verwijder stof van de plaat met een droge, zachte doek (voorzichtig). 9-2-2. Rubberen rol reinigen Verwijder stof van de rubberen rol met een droge, zachte doek. Maak het volledige oppervlak van de rol schoon door eraan te draaien.
(2) Plaats het reinigingsvel in het apparaat. De reiniging begint. Gebruik het volgende gespecificeerde reinigingsvel. Door Star aanbevolen reinigingsvel: merk PRESAT, “CHECK READER CLEANING CARD” (3) Na afloop van de reiniging wordt de printer gereset. 9-4. Sensoren en omgeving reinigen Ontdoe de sensoren (met name die met weerkaatsing werken) regelmatig van stof en vuil e.d.
10-6. Voedingsspecificaties 10-6-1. Standaard (optie: PS60A-24A) (1) Bedrijfsspanning: DC 24 V ± 10% (2) Stroomverbruik thermische printer (DC 24 V, kamertemperatuur) Stand-by Ongeveer 0,25 A Afdrukken ASCII Ongeveer 2,0 A gemiddeld 100% belast (effen) Ongeveer 0,8 A piek (Effen afdrukken) Ongeveer 5,0 A gemiddeld Opmerking: Continu effen afdrukken mag niet langer dan 10 seconden. (3) Stroomverbruik slipprinter (DC 24 V, kamertemperatuur) Gebruik Afdrukken ASCII Ongeveer 1,4 A gemiddeld...
10-6-3. Penverdeling voedingsconnector Pennr. Functie Voeding (24 V) Signal GND N.C. <Gezien vanaf connector> Mantel Frame-aarde Opmerkingen: • De optionele netadapter (PS60A-24A) is specifiek voor dit apparaat (HSP7000) ontworpen. Andere netadapters voldoen mogelijk niet aan de technische normen betreffende elek- tromagnetische compatibiliteit. Let er bij gebruik van een andere netadapter op dat de volgende voorzorgsmaatregelen worden nageleefd bij het klaarmaken van de voeding van de gebruiker. •...
(2) Transport/opslag (papier uitgezonderd) Temperatuur -20°C tot 60°C Luchtvochtigheid 10% tot 90% RH (geen condens) Opmerking: De combinatie van 40°C en 90% RH (geen condens) wordt echter beschouwd als de slechtste waarde wat een hoge temperatuur en luchtvochtigheid betreft. 10-8. Betrouwbaarheid 10-8-1.
Pagina 61
10-8-2. Slipprinter (1) Levensduur Aantal kolommen: 15 miljoen regels Kop: 200 miljoen tekens Lint: 4 miljoen tekens (7 x 9 lettertype, afdrukken ASCII continu) Opmerking: De levensduur van het lint is bepaald in testomstandigheden in onze faciliteiten. (2) MCBF: 37 miljoen regels De Mean Cycle Between Failure (gemiddelde storingsvrije interval ofwel MCBF) is gedefi- nieerd als de algemene storingscyclus, inclusief willekeurige of slijtagestoringen die optreden voordat de printer de mechanische levensduur van 15 miljoen regels heeft bereikt.
11. Stand van de DIP-schakelaars Onder op de printer bevinden zich twee DIP-schakelaars waarmee diverse instellingen kunnen worden vastgelegd. Dit wordt aangegeven in de volgende tabel. Schakel de printer uit voordat u de instellingen wijzigt. Verzet de DIP-schakelaars met een voorwerp met een smalle punt, zoals een pen of kleine platte schroevendraaier.
(bijvoorbeeld wanneer de kap wordt geopend, wanneer het papier op is of wanneer een fout optreedt). Raadpleeg voor meer informatie over het automatisch verzenden van statusgegevens de aparte programmeerhandleiding (Star-lijnmodus, Star-paginamodus en ESC/POS-modus). *2) NSB-functie Wanneer deze functie is ingeschakeld, worden automatisch statusgegevens verzonden zodra de printer in reverse-forwarding gaat.
(bijvoorbeeld wanneer de kap wordt geopend, wanneer het papier op is of wanneer een fout optreedt). Raadpleeg voor meer informatie over het automatisch verzenden van statusgegevens de aparte programmeerhandleiding (Star-lijnmodus, Star-paginamodus en ESC/POS-modus). DIP-schakelaar 2 Schakelaar...
Pagina 65
U wijzigt de stand van DIP-schakelaar 3 als volgt. (1) Schakel de printer en alle erop aangesloten apparatuur uit. (2) Verwijder de twee schroeven. (3) Verwijder de printplaat met de seriële interface. (4) Wijzig de stand van de DIP-schakelaars. DIP-schakelaar 3 No.
(bijvoorbeeld wanneer de kap wordt geopend, wanneer het papier op is of wanneer een fout optreedt). Raadpleeg voor meer informatie over het automatisch verzenden van statusgegevens de aparte programmeerhandleiding (Star-lijnmodus, Star-paginamodus en ESC/POS-modus). *2) NSB-functie Wanneer deze functie is ingeschakeld, worden automatisch statusgegevens verzonden zodra de printer in reverse-forwarding gaat.
(bijvoorbeeld wanneer de kap wordt geopend, wanneer het papier op is of wanneer een fout optreedt). Raadpleeg voor meer informatie over het automatisch verzenden van statusgegevens de aparte programmeerhandleiding (Star-lijnmodus, Star-paginamodus en ESC/POS-modus). *2) NSB-functie Wanneer deze functie is ingeschakeld, worden automatisch statusgegevens verzonden zodra de printer in reverse-forwarding gaat.
Van fabriekswege staan de DIP-schakelaars allemaal aan. DIP-schakelaar 2 Schakelaar Functie 2-1~2-4 Altijd AAN Moet zijn ingeschakeld Van fabriekswege staan de DIP-schakelaars allemaal aan. Instellingen initialiseren Druk op het schakelaartje zoals hierna beschreven om de instellingen te initialiseren. (1) Houd de schakelaar één tot vijf seconden inge- drukt tijdens normaal gebruik.
12. Parallelle interface De bidirectionele parallelle interface is compatibel met de IEEE1284-compatibiliteitsmodus, nibble-modus en byte-modus. Raadpleeg de leverancier voor meer informatie. Tabel met signalen per modus Pennr. Richting Compatibiliteitsmodus Signaal Nibble-modus Signaal nStrobe Host Clock In/out Data0 Data0 In/out Data1 Data1 In/out Data2...
13. Seriële RS-232C-interface 13-1. Interfacespecificaties (1) Verzending van gegevens: Asynchroon (2) Baud-rate: 4800, 9600, 19200, 38400 bps instelbaar (Zie “11. Stand van de DIP-schakelaars”.) (3) Woordlengte Startbit: 1 bit Databit: 7 of 8 bits (instelbaar) Pariteitsbit: Oneven, even of geen (instelbaar) Stopbit: 1 bit (4) Signaalpolariteit RS-232C...
Niet gebruikt. Gereserveerd S-GND — Signaalaarde 8 t/m 19 Niet gebruikt. 1) STAR-modus A) DTR-communicatiemodus Geeft aan of de ontvangst van gegevens van de host in- of uitgeschakeld is. Space: ontvangst ingeschakeld Mark: ontvangst uitgeschakeld B) X-On/X-Off-communicatiemodus Altijd space, tenzij in deze omstandigheden: •...
Pennr. Signaal Richting Functie 21 t/m 24 Niet gebruikt. INIT Gereserveerd D-sub met 25 pennen 13-3. Kabelverbindingen Hier worden de aanbevolen verbindingen voor de interfacekabel getoond. Printerzijde Hostzijde 25 pennen 9 pennen INIT Opmerking: Gebruik een afgeschermde kabel van maximaal 3 meter lengte. –...
14. USB/PoweredUSB en Ethernet 14-1. Specificaties USB-/PoweredUSB-interface (1) Algemene specificaties: Conform de specificaties voor USB 2.0 (2) Communicatiesnelheid: USB Full Speed (12 Mbps) (3) Communicatiemethode: USB Bulk Transmission Mode (4) Voedingsspecificaties: USB Self-Power (5) Connector: USB: USB Type B (upstream) PoweredUSB: 1 × 8 rechte hoek 14-2. Specificaties Ethernet-interface (1) Algemene specificaties: Conform IEEE802.3 (2) Communicatiemedia:...
15. Randapparatuur aansluiten De connector voor randapparatuur kan alleen worden aangesloten op randapparatuur zoals kassa’s. Sluit hierop geen telefoon aan. Gebruik kabels die aan de onderstaande specificaties voldoen. Connector randapparatuur Modulaire plug Pennr. Signaal Functie IN/UIT richting Modulaire plug: MOLEX 90075-0007, AMP641337 of BURNDY B-66-4 Frame-aarde — Mantel Aders DRD1...
Pagina 75
Referentie 2SD 1866 Configuratieschakeling R3 = 3,5 kΩ Output besturing: 24 V, max. 1,0 A R4 = 300 Ω TR1, TR2: transistor 2SD1866 of gelijkwaardig R1=10 kW R2=33 kW Opmerkingen: 1) De randapparaten 1 en 2 kunnen niet tegelijk worden aangestuurd. 2) Voor een continue aansturing moet u een werkcyclus van 20% of minder aanhouden (behalve wanneer een externe zoemer is aangesloten).
16. Instellingen geheugenschakelaar Alle geheugenschakelaars zijn opgeslagen in een EEPROM. Raadpleeg de leverancier voor meer informatie over de functies en instellingen van de geheugenschakelaars. In de onderstaande tabel staan de fabrieksinstellingen van de geheugenschakelaars. Geheugenschakelaar Hexadecimale code 0000 0000 0000 0000 0000 0001 (zonder MICR-scanner: HSP7543)
Pagina 77
URL: https://www.starmicronics.com/support/ Rev. 2.4...