4 - INSTALLATIE ET AANSLUITINGEN
■ De klep openen:
Er zijn twee mogelijkheden:
1) Als er nog geen voedingsspanning is, dan is het ventiel standaard open.
2) In het tegenovergestelde geval, als de regeling al ingeschakeld is geweest, verwijder de servomotor waardoor
de stift vrijkomt en het ventiel dus kan openen.
Met water vullen
Ontlucht de batterijen bij het inbedrijfstellen.
Aanbevolen kwaliteit van het water voor de waterbatterijen:
Aangeraden wordt een bacteriologische analyse van het water uit te laten voeren (detectie van ijzerhoudende
bacteriën en bacteriën die zwavelwaterstof produceren en sulfaten reduceren) en een chemische analyse (om
problemen van verkalking en corrosie te voorkomen).
■ Totale hardheid in Franse hydrometische graden (TH):
■ Chloride [Cl
]
-
■ Sulfaat [SO
]
2-
4
■ Nitraat [NO
]
-
3
■ Opgeloste zuurstof
■ Koolzuur [CO
]
2
■ Soortelijke weerstand
■ pH
Aanbevelingen m.b.t. de grenzen van de werking:
■ Minimum waterintredetemperatuur koelbatterij: 6 °C
■ Maximum waterintredetemperatuur verwarmingsbatterij (2-pijps toepassing zonder elektrische batterijen): 70 °C
■ Maximum waterintredetemperatuur verwarmingsbatterij (2-pijps toepassing met elektrische batterijen): 55°C
(min. luchtdebiet = 200 m
■ Maximum waterintredetemperatuur verwarmingsbatterij (4-pijps toepassing): 80 °C
■ Maximum werkdruk: 16 bar
■ Min./max. temperatuur binnenlucht retour: +0 °C / +40 °C
■ Max. vochtigheidsgraad van de aangezogen binnenlucht: 27°C DB (Droge Bol) bij 65% RV (Relatieve Vochtigheid).
■ Aanbevolen uitblaastemperatuur: < 65 °C
Adviezen voor de werking:
Voor de regelventielen met thermische motors, moet u erop letten dat de omgeving van de motor van het ventiel
niet warmer wordt dan 50 °C om te voorkomen dat het ventiel onterecht opent. Dit gevaar geldt met name voor
apparaten in kleine ruimtes (bijv.: voor units in een systeemplafond).
CIAT wijst iedere aansprakelijkheid af voor het beschadigen van ventielen als gevolg van een verkeerd
ontworpen waternetwerk of een verkeerde inbedrijfstelling.
Om ieder gevaar van condensatie tijdens de werking met gekoeld water te voorkomen, moeten de leidingen over
hun gehele lengte worden geïsoleerd met isolatiemateriaal dat ook aan de einden perfect dicht is. Bij toepassingen
met waterbatterijen en elektrische batterijen, raden wij het gebruik af van buizen van gereticuleerd polyethyleen
(PER) voor de voeding van de apparaten. In geval van oververhitting van de elektrische batterij, kan de
watertemperatuur kortstondig hoog oplopen. Hierdoor kunnen de eigenschappen van het PER in de buurt van het
apparaat snel achteruitgaan waardoor het materiaal kan scheuren.
Wij adviseren de hydraulische aansluiting van de batterij aan te sluiten door middel van gevlochten roestvrij stalen
slangen (of gelijkwaardig).
COADIS LINE
600
TM
/u)
3
10 < TH < 15
< 10 mg/l
< 30 mg/l
= 0 mg/l• Opgelost ijzer < 0,5 mg/l
4 < [O
] < 9 mg/l
2
< 30 mg/l
2000 < Soortelijke weerstand < 5000 Ωcm
6,9 < pH < 8
NL-20