Wat te doen bij storingen?
Storingentabel
Storing
Indicatie „Watertoevoer
controleren" @ brandt.
Foutcode :
brandt.
Foutcode :
brandt.
Foutcode :
brandt.
Foutcode :
brandt.
Een andere foutcode verschijnt
op de cijferindicatie.
( :
tot :
)
Display knippert
Bijvulindicatie voor zout H en/
of glansspoelmiddel P brandt.
Bijvulindicatie voor zout H en/
of glansspoelmiddel P brandt
niet.
Na afloop van het programma
blijft er water in het apparaat
staan.
24
Oorzaak
Watertoevoerslang geknikt.
Kraan dicht.
Kraan verstopt of verkalkt.
Zeef aan de kraan verstopt.
Zeven 1Z vuil of verstopt.
Waterafvoerslang verstopt of geknikt.
Sifonaansluiting is nog dicht.
Afdekking van de afvoerpomp zit los.
Waterafvoerpomp geblokkeerd
of afdekking van de waterafvoerpomp
niet vastgeklikt.
Netspanning te laag.
Er is vermoedelijk een technische
storing opgetreden.
Deur niet geheel gesloten.
Glansspoelmiddel ontbreekt.
Het zout ontbreekt.
Sensor herkent de zouttabletten niet.
Bijvulindicatie uitgeschakeld.
Er is nog voldoende onthardingszout/
glansspoelmiddel aanwezig.
Zeefsysteem of ruimte onder de zeef
1Z is verstopt.
Programma nog niet beëindigd
Oplossing
Watertoevoerslang zonder knikken verleggen.
Kraan opendraaien.
Kraan opendraaien.
Hoeveelheid binnenstromend water
bij geopende kraan: minimaal 10 l per min.
Apparaat uitschakelen en de stekker uit het
stopcontact trekken. Kraan dichtdraaien.
Wateraansluiting eraf schroeven.
Zeef in de toevoerslang schoonmaken.
Wateraansluiting weer vastschroeven.
Controleren op dichtheid. Stroom weer
inschakelen. Apparaat inschakelen.
Zeven reinigen.
(Zie Reinigen en onderhouden)
Slang zonder knikken aanleggen, eventuele
resten verwijderen.
Aansluiting bij sifon controleren en eventueel
openen.
Afdekking goed vastmaken.
(zie Afvoerpomp)
Pomp reinigen en afdekking goed vastmaken.
(zie Afvoerpomp)
Geen apparaatfout, netspanning en
elektrische installatie laten controleren.
Apparaten uitschakelen met de AAN-/UIT-
schakelaar (. Na korte tijd het apparaat
opnieuw starten.
Als het probleem opnieuw optreedt, de kraan
sluiten en de stekker uit het stopcontact
trekken.
Bel de klantenservice en vermeld de foutcode.
Deur sluiten. Let erop dat er geen voorwerpen
(serviesgoed, geurdispenser) uitsteken uit de
korf en daardoor de deursluiting hinderen.
Glansspoelmiddel bijvullen.
Onthardingszout bijvullen.
Ander speciaal zout gebruiken.
Activering/deactivering (zie het hoofdstuk
Wateronthardingsinstallatie/Onthardingszout
of Glansspoelmiddel).
Bijvulindicatie, vulpeilen controleren.
Zeven en ruimte eronder reinigen (zie
Afvoerpomp).
Wachten tot het programma is afgelopen of
een reset uitvoeren (zie Programma afbreken).