5.
Antenne Aansluiting
De zend/ontvanger werkt in combinatie met iedere standaard Ground-Plane
Basis Antenne, Mobiel Antenne, Draad Antenne etc. van 50 Ohm.
De antenne moet minimaal 50 Watt PEP kunnen verwerken. Een standaard
SO-239 plug bevindt zich aan de achterzijde van de zend/ontvanger. Sluit
hierop aan met een PL-259 plug en gebruik hoogwaardige coax-kabel.
Aanbevolen wordt RG213, RG58A/U kabel of gelijkwaardig.
Een basis antenne geeft een groter bereik en wordt daarom aanbevolen
wanneer men van een vast station naar een mobiel station werkt.
Tussen twee vaste stations geeft een richtantenne de beste resultaten. Zelfs
onder slechte omstandigheden kunnen dan goede resultaten worden gehaald.
Op een mobiele installatie wordt een rondstralende antenne aanbevolen. Een
vertikaal geplaatste spriet kan hiervoor goed worden gebruikt. Een spriet met
de spoel aan de onderzijde komt hier goed tot zijn recht. Om grote afstanden
te overbruggen en hierbij een grotere kans van slagen af te dwingen gebruikt
men een volledige 1/2 golf of 5/8 golf antenne. Deze antenne's gebruiken het
metalen oppervlak van het voertuig als "ground plane".
6.
Vswr
Nadat U zich ervan heeft overtuigd dat de montage goed is uitgevoerd en de
zend/ontvanger operationeel is, is het belangrijk de VSWR waarde (Voltage
Standing Wave Ratio / VSWR) van de antenne-installatie te controleren.
Zorg ervoor dat de SWR-meter goed werkt en goed gekalibreerd is voordat U
metingen uitvoert. Om er zeker van te zijn dat de zend/ontvanger goed werkt
mag de SWR-waarde niet hoger zijn dan 1 : 1.5
Zendt nooit met een installatie waarbij de SWR-waarde 1 : 1.8 overschrijdt. Dit
zou zoveel warmteontwikkeling geven bij de eindtrap, dat de eindtransistoren
doorbranden .
Deze vorm van misbruik van de zend/ontvanger wordt niet gedekt door
de garantie voorwaarden!
Meet de SWR in het midden van het frequentiegebied dat U gebruikt. Regel
de antenne, volgens de gebruiksaanwijzing van de antennefabrikant, af zodat
de gewenste SWR-waarde van 1:1 zo dicht mogelijk wordt benaderd.
Vervolgens meet U de SWR waarde op de hoogste en laagste frequentie die
wordt gebruikt. Indien de antenne breedbandig genoeg is moet U over het
gehele gebied een waarde kunnen aflezen van minder dan 1 : 1.5.
Is dit niet het geval dan adviseren we de antenne nogmaals af te regelen voor
U gebruik maakt van frequenties in een gebied waar de SWR de waarde 1 :
1.5 overschrijdt.
5