NL
4
BEDIENING
4.1
Algemeen
De algemene veiligheidsvoorschriften voor het gebruik van de hier beschre-
ven uitrusting vindt u op pagina 90. Lees deze voorschriften zorgvuldig door,
voordat u de uitrusting in gebruik neemt.
4.2
Naadvolgeenheid met bedieningspaneel
Noodstop (1)
Als u eenmaal op de knop drukt, wordt de NOODSTOP geactiveerd.
S
N.B. De noodstop mag nooit worden gereset, voordat de oorzaak van de/het
afwijkende functie/signaal is vastgesteld en weggenomen.
Signaallampje
Brandt wanneer de stroom is ingeschakeld.
S
Bedieningshendel
Handmatige bediening van de servosleden omhoog/omlaag en naar links/rechts.
S
Drukknop met lampje (hoge snelheid)
Selectie van lage of hoge snelheid bij handmatig positioneren met de
bedieningshendel.
Als u eenmaal op de knop drukt, wordt de hoge snelheid geactiveerd.
S
Als de functie wordt geactiveerd, gaat er in de knop een lampje branden.
Als u nogmaals op de knop drukt, gaat u terug naar de lage snelheid.
S
Controleer of het lampje dooft voordat u andere commando's geeft.
hga2o1ha
(wit)
- - 96 - -