Inhoudsopgave
Advertenties
Timelapse-instellingen
DE LENGTE VAN HET SPOOR (STAR TRAILS, VEHICLE LIGHT TRAILS)
Stel de lengte van de lichtsporen in wanneer je opnames maakt met
de voorinstellingen Star Trails of Vehicle Light Trails. Kies Max voor
constante sporen zonder onderbrekingen, lange sporen of korte sporen.
INDELING (TIMELAPSE, NIGHT LAPSE)
Schakel van timelapse-video's en timelapse-video's bij nacht naar
timelapse-foto's en timelapse-foto's bij nacht. Met de foto-indeling maak
je met vaste tussenpozen een reeks foto's. Zo focus je je op je avontuur
in plaats van op je camera. Vervolgens kun je al je foto's bekijken en de
beste foto's uitkiezen.
INTERVAL (TIMELAPSE)
Kies hoe vaak je camera een videoframe vastlegt of een foto neemt.
Gebruik kortere intervallen voor snelle activiteiten en langere intervallen
voor activiteiten die langer duren.
Voor meer informatie, zie
Intervallen bij timelapse (pagina
INTERVAL (NIGHT LAPSE)
Stel in hoe vaak je camera een opname maakt in een omgeving met
weinig tot zeer weinig licht. Kies kortere intervallen voor scènes met
veel beweging en meer licht. Gebruik langere intervallen voor scènes
met weinig tot geen beweging of licht.
Voor meer informatie, zie
Intervallen bij timelapse bij nacht
(pagina
29).
84
156).
Timelapse-instellingen
UITVOER (TIMELAPSE-FOTO, TIMELAPSE-FOTO BIJ NACHT)
Sla je foto's op als standaard .jpg- of RAW-bestanden.
Voor meer informatie, zie
RAW-indeling (pagina
SLUITER (NIGHT LAPSE)
Stel in hoelang de sluiter van je camera open blijft bij nachtopnamen.
Kies voor langere belichting voor donkere foto's.
Voor meer informatie, zie
Sluitersnelheid (pagina
PROTUNE (TIMEWARP, TIME LAPSE VIDEO, NIGHT LAPSE VIDEO)
Stel geavanceerde video-instellingen handmatig in.
Voor meer informatie, zie
Protune (startpagina
153).
151).
160).
85
Advertenties
Inhoudsopgave
