Begrippenlijst
Apparaat
Een logische of fysieke entiteit die een bepaalde functie uitvoert. De feitelijke entiteit die wordt beschreven
hangt af van de context van de verwijzing. Op het laagste niveau kan een apparaat betrekking hebben op
een enkele hardwarecomponent, zoals bijvoorbeeld een geheugenapparaat. Op een hoger niveau kan het
betrekking hebben op een assortiment hardwarecomponenten die een bepaalde functie uitvoeren, zoals
een Universele seriële bus-interfaceapparaat. Op een nog hoger niveau kan een apparaat verwijzen naar
de functie die wordt uitgevoerd door de aan het Universele seriële bus aangesloten entiteit, zoals
bijvoorbeeld een data-/fax-modemapparaat. Apparaten kunnen fysiek, elektrisch, addresseerbaar en logisch
zijn.
Stroomafwaarts
De richting van de gegevensstroom vanuit de host. Een stroomafwaartse poort is de poort op een hub die
qua elektriciteit het verst verwijderd zit van de host, die stroomafwaarts gegevensverkeer genereert vanuit
de hub. Stroomafwaartse poorten ontvangen stroomopwaarts gegevensverkeer.
Stoomopwaarts
De richting van de gegevensstroom naar de host toe. Een stroomopwaartse poort is de poort op een
apparaat die qua elektriciteit het dichtst bij de host zit, die stroomopwaarts gegevensverkeer genereert
vanuit de hub. Stroomopwaartse poorten ontvangen stroomafwaarts gegevensverkeeer.
file:///D|/My%20documents/dfu/J/dutch/200P4/glossary/glossary.htm (4 of 5) [4/15/2004 1:42:03 PM]
TERUG NAAR BOVEN