5.
Startprogramma
Druk op de knop HOME op de afstandsbediening
om het scherm Startprogramma weer te geven.
5.1.
Setting (Instelling)
Hoofditems:
(1) Network (Netwerk)
(2) Device (Apparaat)
(3) System (Systeem)
5.2.
Ethernet
Inschakelen/Uitschakelen om ethernet in/uit te
schakelen
Na het inschakelen van ethernet, worden de
instellingen getoond:
(1) Aansluitingstype (Beschikbaar
aansluitingstype: DHCP/Statische IP)
A. DHCP
B. Statische IP
C. IP-adres
D. Netmask
E. DNS-adres
F. Gateway
(2) Mac-adres
5.2.1. DHCP
DHCP-modus:
(1) Kan IP-adres, Netmask, DNS-adres en
Gateway niet aanpassen.
(2) Bij succesvolle verbinding, geeft het de
huidige netwerkconfiguratie weer.
5.2.2. Statische IP
In Statische IP-modus kan de gebruiker IP-adres,
Netmask, DNS-adres en Gateway invoeren.
Opmerking:
Invoerbeperking IP-adres, Netmask, DNS-adres
en Gateway-adres.
(1)Formaat:
I. nummer 0-9
II. decimaalteken "."
12